Bosch GLL 2 Professional User Manual

Page 58

Advertising
background image

58 | Nederlands

1 609 929 W91 | (20.5.10)

Bosch Power Tools

Als automatisch waterpassen niet mogelijk is,
bijvoorbeeld omdat het oppervlak waarop het
meetgereedschap staat meer dan 4° van de wa-
terpaslijn afwijkt, knipperen de laserlijnen in
een langzaam ritme. Stel in dit geval het meetge-
reedschap horizontaal op en wacht het zelfwa-
terpassen af. Zodra het meetgereedschap zich
binnen het zelfwaterpasbereik van ±4° bevindt,
schijnen de laserlijnen weer continu.
Bij trillingen of veranderingen van plaats tijdens
het gebruik wordt het meetgereedschap auto-
matisch opnieuw gewaterpast. Controleer na
opnieuw waterpassen de stand van de horizon-
tale en verticale laserlijn in relatie tot de referen-
tiepunten om fouten te voorkomen.

Waterpasnauwkeurigheid

Nauwkeurigheidsinvloeden
De grootste invloed oefent de omgevingstempe-
ratuur uit. Vooral vanaf de grond naar boven toe
verlopende temperatuurverschillen kunnen de
laserstraal afbuigen.
Omdat de temperatuurverschillen in de buurt
van de grond of vloer het grootst zijn, dient u het
meetgereedschap indien mogelijk op een in de
handel verkrijgbaar statief te monteren en het in
het midden van het werkoppervlak op te stellen.
Behalve externe invloeden, kunnen ook appa-
raatspecifieke invloeden (zoals een val of een
hevige schok) tot afwijkingen leden. Controleer
daarom altijd voor het begin van de werkzaam-
heden de nauwkeurigheid van het meetgereed-
schap.
Controleer altijd eerst de hoogte- en water-
pasnauwkeurigheid van de horizontale laserlijn
en vervolgens de waterpasnauwkeurigheid van
de verticale laserlijn.
Als het meetgereedschap bij een van de contro-
les de maximale afwijking overschrijdt, dient u
het door een Bosch-klantenservice te laten repa-
reren.

Hoogtenauwkeurigheid van de horizontale lijn
controleren
Voor de controle heeft u een vrij meettraject van
5 meter op een vaste ondergrond tussen twee
muren A en B nodig.
– Monteer het meetgereedschap dicht bij muur

A op de houder resp. een statief of plaats het
op een stabiele en vlakke ondergrond. Scha-
kel het meetgereedschap in.

– Richt de laser op de nabijgelegen muur A en

laat het meetgereedschap waterpassen. Mar-
keer het midden van het punt waarop de la-
serlijnen elkaar bij de muur snijden (punt I).

– Draai het meetgereedschap 180°, laat het

waterpassen en markeer het snijpunt van de
laserlijnen op de tegenoverliggende muur B
(punt II).

A

B

5 m

A

B

180°

OBJ_BUCH-1236-001.book Page 58 Thursday, May 20, 2010 12:21 PM

Advertising