Polaris Серия P 15 0R/UR User Manual

Page 18

Advertising
background image

NL

van het warme water dat normaal 80

°

C en hoger kan bereiken. Gebruik

dus geen materiaal dat niet bestand is tegen deze temperaturen.
Voor hydraulische systemen en verbindingen wordt verwezen naar de
bepalingen van de plaatselijke organismen, de installatie moet in ieder
geval volgens de regelen der kunst worden uitgevoerd. Controleer of het
toestel voor het gewenste doel geschikt is.
De koud water inlaatbuis is aangeduid met een blauwe kraag, de warm
water uitlaatbuis heeft een rode kraag.
De warm water boiler in geen geval onderwerpen aan een druk die hoger
is dan 6 bar, aangezien dit onherstelbare schade aan het apparaat zou
kunnen berokkenen.
1) Het is verplicht een 1/2” G filet veiligheidsunit (Afb. 1) volgens norm
NFD 36.401 te monteren bij de koud water inlaat van het toestel.
Op de inlaatbuis de veiligheidsunit aandraaien (wordt niet meegeleverd
met het toestel) en de watertoevoer buis verbinden.
Deze combinatie bevat een terugstroomklep, een veiligheidsklep en een
stopkraan.
Volg nauwkeurig het installatieschema ter garantie van een goede werking
van de boiler.
2) In geval van een te hoge bedrijfsdruk, de drukverminderings klep
instellen op maximum 5 bar en bij voorkeur vlak boven de watermeter
installeren.
3) In geval gebruik gemaarkt wordt van een of meer mengkranen, moet
een terugstroomklep geinstalleerd worden op de kolom die deze
mengkranen van koud water voorziet.
4) Er moet een stopkraan worden aangebracht op de koud water toevoer
van het toestel.

16

Lage druk
aansluiting

Elektrische
verbinding

Voor dit type installatie is het noddzakelijk een speciale kraan (lage druk)
te gebruiken en de verbinding uit te voeren zoals in figuur 2 is aangegeven.
Met deze oplossing kan de geiser altijd bij iedere waterleidingdruk werken.
U mag aan de waterbuis, die een beveiligende functie heeft, geen enkele
soort kraan bevestigen.

De voedingskabel (HO5 VV - F3x1 diameter 8.5 mm) (in de modellen 30
die er geen bevatten) moet worden ingevoerd in de daartoe bestemde
opening (F in figuur 3), die zich op de rugzijde van het apparaat bevindt,
en moet worden doorgetrokken tot zijn behuizing V figuur 5, naast de
thermostaat.
Volgens de CEI-EN normen moet een tweepolige schakelaar met een
kontaktopening van 3 mm in de installatie voorzien worden.
De elektrische verbinding moet meteen aan de klemmen van de thermostaat
(M van figuur 5) worden uitgevoerd. De aardingskabel (die groen-geel
moet zijn en langer dan die van de fasen) moet aan klem T, gekenmerkt
door het symbol worden bevestigd.
Voor de in gebruikname dient te worden gekontroleerd of de netspanning
korrespondeert met de waarde die op het plaatje van het apparaat staat
aangegeven.

Indien het apparaat niet is voorzien van een voedingskabel moet u
de leidingaansluiting uitvoeren met een stijve buis of vaste kabel.

Het in werking
stellen en
de proef

Het opvullen van de ketel met water is de laatste handeling die gepleegd
m o e t wo r d e n vo o r m e n h e t t o e s t e l o n d e r s p a n n i n g ze t .
Open de afsluitkraan en de warmwaterkraan tot al de lucht uit het toestel
is verdwenen, t.t.z. tot de warmwaterkraan een stabiele waterstraal geeft.

Advertising