Las veiligheid, Montage, Voor gebruik – Silverline 120A Gasless Turbo Mig User Manual

Page 26

Advertising
background image

www.silverlinetools.com

25

Gaslose MIG lasmachine

427677

www.silverlinetools.com

25

Onderhoud

a)

Laat uw elektrische gereedschap onderhouden door een

gekwalificeerde vakman en gebruik alleen identieke vervangstukken.

Zo bent u er zeker van dat de veiligheid van het elektrische gereedschap

gewaarborgd blijft.

Las veiligheid

• Laswerkzaamheden produceren giftige dampen en kunnen het zuurstofgehalte

in de werkruimte verlagen. Werk altijd in een goed geventileerde ruimte. Adem

de lasdampen niet in; gebruik een geschikt masker waar dit nodig is.

• Bepaalde metalen onderdelen hebben wellicht een gegalvaniseerde, loden,

cadmium of andere toplaag. Wanneer wordt geprobeerd door deze toplagen te

lassen, kunnen zeer giftige dampen vrijkomen. Verwijder altijd eerst de toplaag

en ga daarna pas lassen.

• Indien er long-, keel- of oogirritatie optreedt tijdens het lassen, STOP

ONMIDDELLIJK en zorg dat u frisse lucht krijgt.

• Lassen produceert extreem veel UV-straling. Draag ALTIJD een lasmasker, om

oogbeschadiging te voorkomen. Kijk nooit rechtstreeks in de vlamboog.

• Indien andere personen de werkplaats kunnen betreden, plaats geschikte

schermen om ze te beschermen tegen licht en schittering.

• • Voorkom huidbeschadiging, draag ALTIJD een geschikte brandwerende jas

met lange mouwen, hittebestendige handschoenen en een pet. Zorg dat u goed

bedekt bent.

• Verwijder alle brandbare materialen (bijv. aanstekers, lucifers) uit uw kleding

alvorens te beginnen met lassen.

• Zorg dat er tijdens het lassen altijd een brandblusser in de buurt is. Vonken en

onbedoelde aanraking van de apparatuur kunnen brand veroorzaken.

• Las alleen wanneer alle te bewerken onderdelen en de werkplaats droog zijn.
• Las geen afgedichte containers (bijv. brandstoftanks, luchttanks, olievaten). Hitte

die door het lassen wordt gegenereerd kan afgedichte containers onverwacht

laten openbarsten.

• Wees bedacht op hitteoverdracht. Metalen onderdelen kunnen warmte geleiden

tot buiten de werkplaats, en brandbare materialen laten ontbranden.

• Wees erop bedacht dat gelaste onderdelen tot enige tijd na het aan elkaar

lassen warm blijven. Laat deze materialen volledig afkoelen alvorens ze vast te

pakken, of zonder toezicht achter te laten.

• Las nooit wanneer er brandbare gassen, vloeistoffen of stof aanwezig is.
• Zorg dat er altijd een verantwoordelijk persoon in uw buurt is, die u kan

waarschuwen in geval van brand, of hulp kan inroepen in noodgevallen.

• Het gebruik van een lasapparaat creëert krachtige magnetische velden. Dit

kan de werking van gevoelige elektronische apparatuur ontregelen. Personen

met een pacemaker moeten een dokter raadplegen alvorens een lasapparaat

te bedienen.

• Overbelast de elektrische voeding niet. Controleer of de hoofdbedrading de

vereiste elektriciteit veilig kan leveren.

Draadaanvoer

• De punt van de lasdraad kan erg scherp zijn, een heeft voldoende kracht om

de huid te doorboren.

• Zorg dat het lasapparaat uit blijft tot u gereed bent om te beginnen met lassen.

Richt de toorts niet op personen of dieren.

Accessoires

Draadhaspel (0,9 mm met flux kern)
Lasschild (incl. handvat en vizier)
Reserve mondstukken (x2)
Hamer en borstel

1

Kap

2

Trekker

3

Draadsnelheidsmeter

4

Toegangsklep

5

Schakelaars voor spanningsregeling

6

Aan-/uitschakelaar

7

Aardkabel en klem

Productbeschrijving

Het uitpakken van uw

gereedschap

• Pak uw toestel / gereedschap uit. Inspecteer het en zorg dat u met alle

kenmerken en functies vertrouwd raakt.

• Controleer of alle onderdelen aanwezig zijn en in goede staat verkeren. Als er

onderdelen ontbreken of beschadigd zijn, zorg dan dat deze vervangen worden

voor u dit toestel / gereedschap gebruikt.

Montage

Aansluiting op een stroombron

Belangrijk: De lasmachine is niet verzien van een stekker
• Op volle toeren vraagt de machine te veel stroom van een normaal stopcontact

met een normale stekker.

• De lasmachine door een gekwalificeerd persoon aangesloten worden op een

geschikte stroombron.

• Zie ‘Specificaties’ voor de capaciteit details van de machine
• Bij enige twijfel gebruikt u de machine niet.

Het lasschild samenstelling

1. Schuif het handvat voorzichtig in de bestemde monteergleuven op

het schild. Zorg ervoor dat beide pennen koppelen voor een zekere

passing.

2. Verwijder de beschermende folie van het vizier en schuif het in plaats.

Beschadig het vizier niet en zorg ervoor dat het stevig gemonteerd is

en het volledig over het zichtpaneel valt.

De lasdraad installeren

1. Open het toegangsklepje (4) op de zijkant van het apparaat, om bij de

lasdraad te kunnen komen.

2. Verwijder de spoel blokkeringsknop, de veer en sluitring voorzichtig.
3. Schuif de draadhaspel over de as, zodat de draad van de bovenzijde

van de spoel in de rollers gevoed wordt.

4. Plaats de sluitring, veer en blokkeringsknop terug en draai deze stevig

vast, zodat de draadhaspel niet onder de veerspanning ontrafelt en u

weerstand voelt wanneer de spoel roteert.

5. Verhoog de rol klem knop zodat de geleider rol vrij gezwaaid kan

worden.

6. Maak het begin van de draad voorzichtig van de spoel los; zorg

dat de draad niet uitrafelt. Zorg dat het draadtopje recht en scherp

afgesneden is.

7. Voer de draad langzaam in de toorts.
8. Zwaai de geleider rol terug in positie waarbij de draad gecentreerd in

de groeven van de geleider- en aandrijfrol is.

9. Verlaag de aandrijfrol klem knop zodat de geleider rol gezekerd is en

voorzichtig vast zit.

10. Sluit het toegangsklepje (4).
11. Trek de kap (1) van de toorts en schroef het mondstuk los.
12. Sluit het apparaat op de netvoeding aan, schakel het in en houd de

toorts vast.

13. Houd de toorts bij het apparaat weg, zodat de toortskabel recht is.
14. Zorg dat de toorts niets aanraakt en druk de trekker in (2). Het

apparaat dient de draad door de toorts te voeren.

15. Indien de draad niet door de toorts wordt aangevoerd, koppel het

apparaat van de netvoeding af, open het toegangsklepje en maak de

aanvoerrol klem knop vast. De aanvoerrollen moeten net strak genoeg

zijn om de draad door de toorts aan te voeren, maar niet zo strak dat

de aanvoerrol niet kan slippen wanneer de draad geblokkeerd wordt.

16. Wanneer de draad uit het einde van de toorts wordt geworpen, schakel

het apparaat uit en koppel het van de netvoeding af.

17. Plaats het mondstuk en kap terug en trim de draad zodat ongeveer 5

mm uit het mondstuk steekt.

Voor gebruik

• Zorg altijd voor persoonlijke bescherming door uitrusting te dragen die geschikt

is voor het werk dat u gaat doen. Het gebruik van dit apparaat vereist het

dragen van een laskap, handschoenen, hittebestendige kleding en, indien nodig,

een gasmasker.

• Zorg dat er altijd een geschikte brandblusser in de werkruimte is.
• Controleer het apparaat altijd op schade of slijtage. Let vooral op draden en

kabels. Indien er beschadigingen zijn, het apparaat NIET GEBRUIKEN.

• Controleer of alle behuizingen of kleppen goed gesloten en bevestigd zijn.
• Zet het lasapparaat zo neer dat het tijdens het gebruik niet kan bewegen of

kantelen. Zorg dat er minsten 0,5 m vrije ruimte is rondom het lasapparaat, om

een goede ventilatie te verkrijgen.

427677_Z1MANPRO1.indd 25

01/05/2012 15:51

Advertising