Powerfix PDM 250 A1 - Manual (Page 65)

POWERFIX PDM 250 A1
Nederlands - 63
Stel als u geen idee heeft over de hoogte van de spanning eerst het maximale meetbereik in
en schakel dan geleidelijk om naar de lagere bereiken tot er een bevredigend meetresultaat
tot stand komt.
 Sluit de meetpennen [7] aan op het meetobject.
 Het meetresultaat verschijnt nu op het display [1].
Wisselstroom meten (AC)
 Sluit het zwarte meetsnoer aan op de COM-aansluiting [5] en het rode meetsnoer op de
10A-aansluiting [8] (voor stromen > 200mA) of op de mA/BATT-aansluiting [9] (voor
stromen < 200mA).
 Zet de meetbereikschakelaar [4] in het meetbereik voor wisselstroom A
~
op het gewenste
bereik.
Stel als u geen idee heeft over de stroomsterkte eerst het maximale meetbereik in en schakel
dan geleidelijk om naar de lagere bereiken tot er een bevredigend meetresultaat tot stand
komt.
 Sluit de meetpennen [7] aan op het meetobject.
 Het meetresultaat verschijnt nu op het display [1].
Gelijkstroom meten (DC)
 Sluit het zwarte meetsnoer aan op de COM-aansluiting [5] en het rode meetsnoer op de
10A-aansluiting [8] (voor stromen > 200mA) of op de mA/BATT-aansluiting [9] (voor
stromen < 200mA)..
 Zet de meetbereikschakelaar [4] in het meetbereik voor gelijkstroom A
op het gewenste
bereik.
Stel als u geen idee heeft over de stroomsterkte eerst het maximale meetbereik in en schakel
dan geleidelijk om naar de lagere bereiken tot er een bevredigend meetresultaat tot stand
komt.
 Sluit de meetpennen [7] aan op het meetobject.
 Het meetresultaat verschijnt nu op het display [1]. Een negatief meetresultaat wordt
aangegeven met een minteken voor de meetwaarde.