Velleman CS102 User Manual

Page 14

Advertising
background image

CS102

19/04/2010

© 2008 Velleman Components nv

14

voor u de klomp uiteenhaalt. Gebruik geen scherpe voorwerpen want een kras op een muntstuk
kan de waarde aanzienlijk doen dalen.

• Plaats, nadat u het voorwerp opgegraven hebt, de grond en eventuele graszode zo netjes

mogelijk terug.

• Een laatste nuttige tip: ‘verzamel’ alle zilverpapier en schroot die u vindt; als u het gewoon weg

gooit, zult u het later waarschijnlijk nog eens bespeuren!

10. Nuttige informatie

Zoektips

• Geen enkele metaaldetector is 100 % betrouwbaar. Talrijke factoren kunnen de reacties van de

detector bij het opsporen van metaal beïnvloeden, zoals:
o de hoek waarin het voorwerp zich in de grond bevindt
o de diepte waarop het voorwerp zich bevindt
o het aandeel aan ijzer dat het voorwerp bevat
o de omvang van het voorwerp.

Efficiënt zoeken
• Beweeg de zoekschotel niet zoals een pendel. De zoekschotel hoger heffen tijdens of op het

einde van een zwaai, kan aanleiding geven tot foute resultaten.

• Beweeg de detector langzaam. Door te vlug te bewegen kunt u voorwerpen missen.

• De ideale beweging met de zoekschotel is zijwaarts en in een rechte lijn, waarbij u de

zoekschotel steeds op eenzelfde afstand van de bodem houdt.

Een doelwit bepalen

• Door uw doelwit zo precies mogelijk te bepalen, maakt u het opgraven gemakkelijker.

• Een precieze bepaling vergt enige ervaring. We raden dan ook deze praktijkervaring op te doen

door te zoeken en opgravingen te doen op uw eigendom voor u andere plekken gaat ontdekken.

• Soms wordt de precieze bepaling van het doelwit bemoeilijkt door de slingerrichting. Om het

doelwit preciezer te kunnen bepalen, kunt u proberen de richting van de slingerbeweging te

veranderen.

• Volg de volgende stappen om het doelwit te bepalen:

• Wanneer de detector een begraven doelwit ontdekt, blijf de

zoekschotel dan over het doel bewegen met steeds kleinere

zijdelingse slingerbewegingen.

• Markeer de exacte plek op de grond waar de detector een

geluidssignaal geeft.

• Houd de zoekschotel onmiddellijk stil boven deze plek. Beweeg

de zoekschotel vervolgens in een voorwaartse beweging van u

vandaan en keer dan terug. Herhaal dit een aantal keren.
Markeer terug de exacte plek waar de detector een

geluidssignaal laat horen.

• Herhaal stappen 1 tot en met 3 nu in een hoek van 90° ten

opzichte van de oorspronkelijke zoekrichting, waardoor u een
patroon in de vorm van een X beschrijft. Het doelwit zal zich

onmiddellijk onder de X bevinden, daar waar het signaal het luidst klinkt.

Opmerkingen
• Indien een plek zoveel afval bevat dat dit aanleiding geeft tot misleidende signalen, vertraag en

verkort dan de slingerbewegingen.

• Recent begraven muntstukken kunnen anders gaan reageren dan langer begraven muntstukken

omwille van de oxidatie bij deze laatste.

• Bepaalde soorten spijkers, schroeven, bouten en andere ijzeren voorwerpen (zoals oude

flesdoppen) oxideren en creëren een kringlichteffect. Dit kringlichteffect wordt veroorzaakt door
een mengeling van natuurlijke stoffen in de grond en van de oxidatie van verschillende metalen.

Door deze mengeling van metalen kan het voorkomen dat signalen niet op een ‘vaste’ plaats
weerklinken. Dit effect maakt het dan ook bijzonder moeilijk om dergelijke voorwerpen precies te
bepalen.

Detectiebereik
• Het detectiebereik wordt beïnvloed door de omvang van het voorwerp, hoe lang het voorwerp al

onder de grond zit en de samenstelling van de ondergrond waarin het voorwerp ligt. U krijgt de
beste resultaten in een droge en compacte grond. Hier kunt u tot op grote diepte nog steeds

munten vinden, in het bijzonder indien ze hebben geageerd met de zouten in de ondergrond, die
ervoor zorgen dat de doelvoorwerpen groter lijken voor de detector. Het moeilijkst is een losse

Advertising