Danfoss ASV-PV DN 15-50 (I) User Manual

Page 9

Advertising
background image

73693410 DH-SMT/SI

VI.A1.I7.1T

© Danfoss 11/2010

9

NEDERLANDS

De automatische drukverschilregelaars
ASV-PV worden toegepast in combinatie
met de ASV-M strangafsluiter met
meetfunctie om het drukverschil over de
strangen te regelen in installaties waarvan
de radiatorafsluiters zijn voorzien van een
geintegreerde voorinstelling (instelbare
kv-waarde).

De automatische drukverschilregelaars
ASV-PV worden toegepast in combinatie
met de ASV-I stranginregelafsluiter met
meetfunctie om het drukverschil over de
strangen te regelen in installaties waarvan
de radiatorafsluiters niet zijn voorzien van
een geintegreerde voorinstelling
(P/Q-regeling) (fig. ❶). ASV-PV handhaaft
een constant drukverschil over de strang.

Max. werkdruk ............................................. 16 bar

Drukverschil over de afsluiter:
DN 15 - 40 ............................................ 10-150 kPa

DN 50 ....................................................10-250 kPa

Max. mediumtemperatuur ...................... 120°C

Afsluiter‑

maat

Binnen‑

draad

Buiten‑

draad

DN 15

Rp ½

G ¾ A

DN 20

Rp ¾

G 1 A

DN 25

Rp 1

G 1¼ A

DN 32

Rp 1¼

G 1½ A

DN 40

Rp 1½

G 1¾ A

DN 50

-

G 2½

Impulsleiding: G 1⁄16

Montage

ASV-PV moet in de retourleiding worden
gemonteerd. De doorstroomrichting wordt
aangegeven met een pijl op het afsluiterhuis
(fig. ❸).

Het wordt aanbevolen een vuilfilter
(bijv. Danfoss FV filter) te plaatsen in de
vertrekleiding naar de strang. De
impulsleiding wordt gemonteerd op de “+”
aansluiting van de ASV-PV verbonden met
de aanvoerleiding via de ASV-I of ASV-M
afsluiter.

Ontlucht de impulsleiding voordat deze
wordt aangesloten. Wanneer de installatie
enkele maanden in bedrijf is dienen de
schroefaansluitingen (bij buitendraad) nog
eens aangedraaid te worden om het risico
op lekken uit te sluiten.

Afsluitfunctie

ASV-PV sluit de strang af door de handgreep
met de wijzers van de klok mee te draaien
tot de aanslag (fig. ❷①).

Druktest

Max. proefdruk ............................................ 25 bar

Opmerkingen:

Bij het testen van de druk moet u ervoor zorgen

dat de statische druk aan beide zijden van het

membraan gelijk is of hoger is aan de bovenste

kant van het membraan. Dat betekent dat de

impulsleiding aangesloten moet zijn en een

naaldklep geopend moet zijn. Als de ASV‑PV

is geïnstalleerd in combinatie met de ASV‑M

kunnen beide kleppen open of dicht zijn

(beide kleppen moeten in dezelfde positie

staan!).

Als de ASV‑PV is geïnstalleerd in combinatie

met de ASV‑I, tap de hoofdleiding dan niet af

terwijl de stijgleidingen onder druk staan /

gevuld zijn met water.

Als deze aanwijzing niet wordt opgevolgd,

kan het membraan van de automatische

balanceerklep worden beschadigd.

Instelling

De ASV-PV is af fabriek ingesteld op 0,1 bar
(10 kPa). Het te handhaven drukverschil kan
worden ingesteld tussen 0,05 bar en 0,25 bar
(5 kPa en 25 kPa).

De ASV-PV is af fabriek ingesteld op 0,3 bar
(30 kPa). Het te handhaven drukverschil kan
worden ingesteld tussen 0,2 bar en 0,4 bar
(20 kPa en 40 kPa).

Door de instelspindel (fig. ❷②) een volledige
omwenteling te verdraaien kan de instelling
per 0,01 bar (1 kPa) gewijzigd worden.
Draaien met de wijzers van de klok mee
verhoogt de ingestelde druk. Draaien tegen
de wijzers van de klok in verlaagt de druk.

Als de actuele instelling niet gekend is,
draai dan de instelspindel volledig met
de wijzers van de klok mee tot de aanslag.
De instelling op de ASV-PV is nu 0,25 bar
(25 kPa) en op de ASV-PV 0,4 bar (40 kPa).
Verdraai nu de instelspindel zoveel (n)
volledige omwentelingen tot de gewenste
instelling (fig.❻). Eén omwenteling komt
overeen met 0,01 bar (1 kPa).

Nota:
draai de spindel niet méér dan

20 omwentelingen, anders grijpt hij

niet meer aan.
De kraan (gesloten fig. ❹①, open fig. ❹①)
kan worden gebruikt om water af te tappen
en te vullen.

Starten

U kunt het systeem vullen met de aftapkraan
op de ASV-PV. Het systeem zal worden
geventileerd op het hoogste punt. Tijdens
het opstarten van het systeem moet u
ervoor zorgen dat de statische druk aan
beide zijden van het membraan gelijk is of
hoger is aan de bovenste zijde van het
membraan (+ verbinding, fig. ➋). Als het
vullen wordt uitgevoerd door de ASV-PV en
de partnerklep te openen, zorg er dan voor
dat er een druk aanwezig is aan de
bovenstezijde van het membraan door de
parnerklep eerst te openen voordat de
ASV-PV wordt geopend.

Opmerkingen!

a) ASV‑PV gebruikt met de ASV‑M : als deze

procedure niet wordt gevolgd, kan het

membraan van de ASV‑PV worden

beschadigd.

b) ASV‑PV gebruikt met de ASV/I : als deze

procedure niet wordt gevolgd, kan de

ASV‑PV vast komen te zitten in de gesloten

positie, zelfs als de klep volledig is

geopend.

c) Zowel de ASV‑PV als de ASV‑M/I moet

altijd volledig worden geopend als ze

samen met to egewezen sluiterkleppen

worden gebruikt.

Storingen opzoeken

Kijk volgende punten na als de
drukverschilregelaar niet correct
functioneert :
1. Is de doorstroomrichting correct ?
2. Is de impulsleiding correct aangesloten

en zijn eventuele naaldventielen
geopend ?

3. Is de afsluiter (afsluitfunctie) geopend ?

Isolatie (DN 15‑40)

De EPS styropor verpakking waarin de
afsluiter wordt geleverd kan worden
gebruikt als isolatie bij installaties waar de
temperatuur bij continue werking 80 °C
niet overschrijdt.

Advertising