Installatie – Velleman VDL301GL User Manual

Page 9

Advertising
background image

VDL301GL Rev.

01

22.10.2009

©Velleman

nv

9

4.

Installatie

a) Zekering

• U mag een zekering enkel plaatsen of vervangen wanneer het toestel niet is

aangesloten op het lichtnet.

• Vervang een gesprongen zekering door een zekering van hetzelfde type en met

dezelfde specificaties (zie “Technische specificaties”). Ga als volgt te werk:

1. Verwijder de zekeringhouder achteraan het toestel.
2. Verwijder de oude zekering en breng de nieuwe in.

3. Plaats de zekeringhouder weer in de behuizing.
b)

Het toestel monteren

• Laat een geschoolde technicus dit toestel installeren conform EN 60598-2-17 en

andere toepasselijke normen.

• De constructie waaraan het toestel wordt bevestigd, moet gedurende 1 uur 10 x

het gewicht van dit toestel kunnen dragen zonder te vervormen.

• Maak het toestel ook vast met een veiligheidskabel.

• Sta nooit recht onder het toestel wanneer u het monteert, verwijdert of

schoonveegt. Laat het toestel controleren door een geschoolde technicus voor u

het in gebruik neemt en laat het 1 x per jaar volledig nakijken.

• Installeer dit toestel op een plaats waar niemand langs moet lopen, kan

neerzitten of het toestel kan aanraken.

• Een degelijke praktijkervaring is vereist voor de plaatsing van dit toestel. U

moet de maximumbelasting van de draagconstructie kunnen berekenen, weten
welk constructiemateriaal u kunt gebruiken en u moet het gebruikte materiaal

en het toestel af en toe laten nakijken. Monteer het toestel niet zelf indien u er
geen ervaring mee heeft. Een slechte montage kan leiden tot verwondingen.

• Regel de gewenste invalshoek door middel van de montagebeugel en draai de

regelschroeven stevig aan.

• Verwijder alle brandbaar materiaal in een straal van 0,5 m rond het toestel.

• Een geschoolde elektricien moet het toestel aansluiten.

• Sluit het toestel via de stekker aan op het lichtnet. Sluit het niet aan op een

dimmerpack.

• De installatie moet voor het eerste gebruik gekeurd worden door een expert.

5. Gebruik

• Sluit aan op het lichtnet via de voedingskabel. Het toestel schakelt automatisch

in en start de testprocedure.

• De laser reageert op de muziek via de ingebouwde microfoon. Regel de

gevoeligheid bij indien nodig.

• Ontkoppel het toestel van het lichtnet na gebruik.

6. Reiniging en onderhoud

1. Alle gebruikte schroeven moeten goed zijn aangespannen en mogen geen

sporen van roest vertonen.

2. De behuizing, de lenzen, de montagebeugels en de montageplaats (bv. het

plafond of het gebinte) mogen niet vervormd zijn of aangepast worden (geen

extra gaten in montagebeugels, aansluitingen niet verplaatsen, enz.)

Advertising