Gebruiksinstructies – Silverline Air Tools & Compressor Accessories Kit 5pce User Manual

Page 27

Advertising
background image

26

NL

Gebruiksinstructies

LET OP: Controleer alle aansluitingen en zorg ervoor dat de maximale luchtdruk
van het gebruikte pistool niet overschreden wordt
Zie de onderstaande afbeelding voor de aanbevolen luchtaansluiting, voorzien
van luchtfilter wat vocht uit de luchtslang haalt. Wanneer trilling ontstaan bij het
gebruik van één van de pistolen is het gebruik van een rubberen tussenslang
aangeraden.

Wanneer de snelkoppelingen niet voor gemonteerd zijn, draait u deze op de
onderzijde van de handvaten vast. Om lekkages te voorkomen is het gebruik van
PTFE-tape rond het schroefdraad van de snelkoppelingen mogelijk nodig.

Blaaspistool

• Om het blaaspistool (2) te gebruiken, sluit u deze aan op de luchttoevoer en

knijpt u de trekker in. Het blaaspistool is geschikt voor het verwijderen van stof

en vuil van werkbanken en holle plekken

Bandenpomp

1. Om de pomp (1) te gebruiken, sluit u deze op de luchttoevoer en de band aan

2. Om de band op te pompen knijp u de trekker in. Let op de hoge inflatie,

pomp de band niet ver op zodat deze niet beschadigd

3. Om de druk van de band te controleren, laat u de trekker los waardoor de

druk op de meter wordt weergegeven. Controleer de druk regelmatig tijdens

het oppompen van een band

Let op: Tijdens het oppompen is de druk weergegeven op de meter de

luchtslangdruk, en niet de band druk

Smeerpistool

LET OP: Ontkoppel het pistool (3) van de luchttoevoer voordat de bus (8) gevuld
wordt

1. Schroef de bus (8) van de trekker/mondstuksamenstelling

2. Vul de bus met een geschikte vloeistof (het pistool is geschikt voor

verschillende olies, schoonmaak- en smeermiddelen gebruikt worden)

3. Schroef de trekker/mondstuksamenstelling goed op de bus vast

4. Om het pistool te werken knijpt u de trekker in

• Het mondstuk (7) kan versteld worden voor verschillende patronen. Schroef

de vergrendelkraag los, verstel het mondstuk en draai de kraag weer vast. De

viscositeit van de vloeistof heeft invloed op het spraypatroon

• De juiste verstelling van het mondstuk en de luchtdruk voor de vloeistof geeft

een ideaal spraypatroon voor het uit te voeren werk

Spraypistool
Vullen

• Ontkoppel het pistool (5) van de luchttoevoer voordat deze gevuld wordt
• Verf hoort vooraf gemixt en verdunt te worden in overeenstemming met de

richtlijnen van de fabrikant

• Schroef de bus (8) van het deksel af zodat de bus gevuld kan worden
• Schroef de bus weer op het deksel vast

Opzet

1. Sluit het pistool op de luchttoevoer aan. De toevoer van schone en gefilterde

lucht is erg belangrijk. Een in-lijn olievoorziening hoort uitgeschakeld te

worden en water hoort uit de luchtslang gefilterd te worden

2. Om de richting van het spraypatroon te verstellen schroeft u de

mondstukbehoud-ring (11) los, draait u het mondstuk (7) in de benodigde

positie en draait u de ring weer vast

3. Om de vorm van het spraypatroon te veranderen draait u aan de patroon

controleknop (10)

4. Om de verfstroom aan te passen en te limiteren draait u aan de trekker

limitatieschroef (9).

VERBINDING MET

UW GEREEDSCHAP

HOOFDSLANG

VERBINDINGS-

NIPPEL

SNELKOPPELING

WATERSCHEIDING

OLIEBUS

VERBINDINGS-

NIPPEL

REGULATEUR

LUCHTTOEVOER

WATERSLANG

DAGELIJKS

AFVOEREN

Verven

• Draag de benodigde veiligheidsuitrusting en zorg ervoor dat niet te verven

oppervlakken zijn afgedekt

• Bereid het pistool door van het werkstuk af te sprayen tot een vaste verfstroom

bereikt wordt

• Het is belangrijk de verf op de juiste afstand van het oppervlak te sprayen en

een gelijke afstand en snelheid te behouden

• Voor het verkrijgen van een gelijke verflaag is het mogelijk nodig het sprayen

te starten voordat het pistool het oppervlak gepasseerd is, afhankelijk van het

te verven oppervlak

• Spray niet te veel verf op het oppervlak waar verf kan uitlopen
• Laat een verflaag licht drogen voordat een 2e verflaag wordt aangebracht
• Laat verf in het pistool niet opdrogen – maak het pistool na gebruik meteen

schoon

Schoonmaken

• Verwijder de bus (8) en laat de verf uit de bus lopen
• Giet een geschikt schoonmaakmiddel in de bus en draai deze terug op het

pistool

• Schud het pistool om de verf in de bus los te krijgen
• Sluit het pistool op de luchttoevoer aan en stel deze op een hoge stroming.

Spray op een stuk afvalmateriaal tot de bus leeg is. Herhaal wanneer nodig

• Voor een grondigere schoonmaak verwijdert u het mondstuk en weekt u deze in

een schoonmaakmiddel

• Verwijder overgebleven verf met gebruik van een kleine borstel. Probeer

luchtdoorgangen niet met metalen voorwerpen schoon te maken

• Verwijder de naald door de trekker limitatieschroef (9) volledig los te draaien.

Maak de naald schoon en controleer of de naald niet gebogen of beschadigd is

• Wanneer het pistool schoon en droog is zet u deze weer in elkaar voordat het

pistool op een droge plek opgeborgen kan worden

• Het is mogelijk nodig de naald te smeren. Gebruik een geschikt smeermiddel

en spoel door met een schoonmaakmiddel om ervoor te zorgen dat de verf niet

verontreinigd kan worden

Probleemopsporing

Let op: Controleer de luchtslang en aansluitingen op lekkages voordat gezocht
wordt naar andere oorzaken

Symptoom

Mogelijke

oorzaak

Oplossing

Laag sprayvolume

Lage luchtdruk

Verhoog de luchtdruk

Overmatige verfstroom

Te hoge luchtdruk

Verlaag de luchtdruk

Inconsistente
verfstroom

Verstopping in het
luchtgat van de bus (8),
geblokkeerd mondstuk
of slechte opzet

Maak het luchtgat
vrij, maak het pistool
schoon en zet het in
elkaar. De naald moet
mogelijk gesmeerd
worden

633548_Z1MANPRO1.indd 26

11/12/2012 10:20

Advertising