Not for reproduction, Kenmerken en bedieningen, Werking – Briggs & Stratton POWER BUILT 200000 User Manual

Page 66

Advertising
background image

66

BRIGGSandSTRATTON.COM

Kenmerken en bedieningen

Vergelijk de afbeelding

1

met uw motor om Uzelf vertrouwd te maken met de plaats

van de diverse kenmerken en bedieningen.
A. Motoridentificatie (bevindt zich op de kap)

Model Type Code

B. Bougie
C. Luchtfilter (plat of ovaal)
D. Chokebediening
E. Benzinekraan (optie)
F.

Handvat startkoord

G. Handbeschermer
H. Toerentalregeling (optie)
I.

Stopschakelaar (optie)

J.

Brandstoftank en -dop

K. Verlengde peilstok (optie)
L. Korte peilstok (optie)
M. Olieaftapplug
N. Olievulopening
O. Geluiddemper

Beschermer geluiddemper (optie)

Vonkenvanger (optie)

P.

Veiligheidssleutel (modellen met elektrische start)

Q. AAN/UIT-schakelaar (modellen met elektrische start)
R. Tandwielvertragingssysteem (optie)

Werking

Oliecapaciteit (zie het Specificaties hoofdstuk)

Aanbevolen olie

Wij bevelen voor de beste prestaties het gebruik aan van Briggs & Stratton Warranty

Certified olie. Andere hoogwaardige detergerende oliesoorten zijn aanvaarbaar als ze

zijn SF, SG, SH, SJ of hoger zijn geclassificeerd. Geen speciale additieven gebruiken.
De juiste olieviscositeit voor de motor wordt bepaald door de buitentemperaturen. Kijk op

de overzichtstabel en kies hieruit de beste viscositeit voor de verwachte

buitentemperaturen.

SAE

30

10W

-30

Syn

th

etisch

5W

-3

0

5W

-30

°

F

°

C

*

Wordt SAE 30 olie gebruikt bij temperaturen onder 40°F (4°C), dan leidt dat tot

startproblemen.

*

Het gebruik van 10W-30 bij temperaturen boven 80°F (27°C) kan leiden tot

verhoogd olieverbruik. Controleer het oliepeil vaker.

Olie peilen/bijvullen - Fig. 2

4

Voordat u olie bijvult of het peil controleert

Plaats de motor waterpas.

Verwijder al het vuil rond de olievulopening.

Modellen met olievuldop (Fig. 2)
1. Verwijder de olievuldop (A).
2. Giet de olie langzaam in de olietank van de motor (B). Doorvullen tot hij bijna

overloopt.

3. Zet de olievuldop weer terug en draai hem vast.

Modellen met korte peilstok (Fig. 2)
1. Verwijder de peilstok (C) en veeg hem schoon met een schone doek.
2. Installeer de peilstok maar schroef hem niet verder in. Het oliepeil moet tot aan de

markering FULL (D) zitten.

3. Giet de olie langzaam in de olietank van de motor (B). Doorvullen tot hij bijna

overloopt.

4. Breng de peilstok weer aan en draai hem vast.

Modellen met verlengde peilstok (Fig. 4)
1. Verwijder de peilstok (C) en veeg hem schoon met een schone doek.
2. Installeer de peilstok en draai deze vast.
3. Verwijder de peilstok en controleer het oliepeil. Het moet tot de bovenkant van de

“full” markering (B) op de peilstok zitten.

4. Om olie bij te vullen, giet u deze langzaam in de olietank van de motor (C). Niet te

vol gieten. Wacht na het vullen van de olie één minuut en controleer het oliepeil dan

weer.

5. Breng de peilstok weer aan en draai hem vast.

Brandstofaanbevelingen

Brandstof moet aan deze voorwaarden voldoen:

Schone, verse, loodvrije benzine.

Een minimum octaangetal van 87/87 AKI (91 RON). Zie hieronder voor gebruik op

grote hoogten.

Benzine met tot 10% ethanol (gasohol) of tot 15% MTBE (methyl tertiary butyl

ether), is acceptabel.

OPGEPAST: Gebruik geen niet-goedgekeurde benzinesoorten zoals E85. Meng geen

olie door de benzine, of modificeer de motor niet voor gebruik op alternatieve

brandstoffen. Dit zal motorcomponenten beschadigen en de motorgarantie ongeldig

doen maken.
Om het brandstofsysteem te beschermen tegen gomvorming, moet u een

brandstofstabilisatiemiddel door de brandstof mengen. Zie Opslag. Niet alle brandstof is

gelijk. Als er sprake is van start- of prestatieproblemen, haal dan de brandstof bij iemand

anders of verander van merk. Deze motor is gemaakt voor benzinegebruik. Het

emissiecontrolesysteem voor deze motor is EM (Engine Modifications =

motormodificaties).

Gebruik op hoogte

Bij gebruik op hoogten boven 5.000 voet (1524 meters) is benzine met een minimum

octaangetal van 85/85 AKI (89 RON) acceptabel. Om te blijven voldoen aan de

emissievereisten, moet de motor worden afgesteld op gebruik op hoogte. Gebruik

zonder deze aanpassing zal resulteren in mindere prestaties, hoger brandstofverbruik en

hogere emissies. Ga naar een erkende Briggs & Stratton-dealer voor informatie over

aanpassing voor gebruik op hoogte.
Het wordt niet aangeraden om de motor op hoogten onder 2.500 voet (762 meter) te

gebruiken met de set voor grote hoogten.

Brandstof bijvullen - Fig. 3

WAARSCHUWING

Benzine en haar dampen zijn uiterst brandbaar en explosief.
Brand of explosie kunnen ernstige brandwonden of de dood

veroorzaken.

Bij het toevoegen van brandstof

Zet de motor uit en laat deze tenminste 2 minuten afkoelen voordat de

tankdop verwijderd wordt.

Vul de brandstoftank buitenshuis of in een goed geventileerde omgeving.

De brandstoftank niet overvullen. Vul niet tot boven de bodem van de

brandstoftanknek om uitzetting van de benzine te compenseren.

Houd benzine weg van vonken, open vlammen, waakvlammen, hitte en

andere ontstekingsbronnen.

Controleer brandstofslangen, tank, dop en fittingen regelmatig op barsten of

lekken. Zonodig vervangen.

Indien brandstof gemorst wordt, wachten tot deze verdampt is voordat de motor

gestart wordt.

1. Haal vuil en aanslag weg rond de tankdop. Verwijder de tankdop (A) (Fig. 3).
2. Vul de brandstoftank (B) met benzine. Om de brandstof de ruimte te geven om uit te

kunnen zetten, niet vullen tot boven de onderkant van de hals van de brandstoftank

(C).

3. Breng de tankdop weer aan.

De motor starten - Fig. 5

6

Snel terugtrekken van het startkoord (terugslag) zal uw hand en arm

sneller naar de motor toetrekken dan U kunt loslaten.
Gebroken botten, kneuzingen of verstuikingen kunnen het resultaat

zijn.

WAARSCHUWING

Trek bij het starten van de motor het startkoord langzaam uit tot er weerstand

gevoeld wordt en trek dan snel om terugslag te voorkomen.

Not for Reproduction

Advertising