Festool AP 85 User Manual

Page 30

Advertising
background image

30

NL

Technische gegevens AP 85 EB/AP 85 E

Opgenomen vermogen

1800 W (continugebruik)

Toerental van het zaagblad 1800 – 3800 min

–1

(onbelast en belast)

Schuinverstelling

0 – 45°

Zaagdiepte (bij 45°)

0 – 85 mm (62 mm)

Zaagbladdiameter

Ø 240 x Ø 30 mm

Veiligheid

/II

Gewicht 8,9

kg

Technische gegevens AP 85

Opgenomen vermogen

1700 W (continugebruik)

Toerental van het zaagblad 4500 min

–1

(onbelast)

Schuinverstelling

0 – 45°

Zaagdiepte (bij 45°)

0 – 85 mm (62 mm)

Zaagbladdiameter

Ø 240 x Ø 30 mm

Veiligheid

/II

Gewicht 8,8

kg

De vermelde afbeeldingen staan aan het begin van

de handleiding.

1 Reglementair gebruik

Conform de bepalingen zijn de machines bestemd

voor het zagen van hout, op hout gelijkende mate-

rialen, gips- en cementgebonden vezelstoffen en

kunststoffen.

Met de door Festool aangeboden speciale zaag-

bladen voor aluminium kunnen de machines ook

voor het zagen van aluminium worden gebruikt.

Er mogen alleen zaagbladen met de volgende ei-

genschappen worden gebruikt: diameter zaagblad

240 mm; zaagbreedte 2,5 mm tot 4,0 mm; uitboring

30 mm; stambladdikte max. 2,0 mm; geschikt voor

een toerental van maximaal 6500 min

–1

.

Geen slijpschijven gebruiken.

Voor schade en letsel bij gebruik dat niet vol-

gens de voorschriften plaatsvindt, is de ge-

bruiker aansprakelijk.

2 Veiligheidsinstructies

2.1 Algemene veiligheidsvoorschriften

Lees vóór het in gebruik nemen van de machine

de gebruiksaanwijzing en de bijgevoegde veilig-

heidsinstructies aandachtig en volledig door.

Bewaar zorgvuldig alle bijgevoegde documenten

en geef de machine alleen samen met deze do-

cumenten door.

Zorg ervoor dat kinderen nooit de machine ge-

bruiken.

2.2 Machinespecifi eke veiligheidsinstructies

GEVAAR:

a) Kom met uw handen niet in het zaagbereik en

raak het zaagblad niet aan. Houd met uw twee-

de hand de extra greep of de motorbehuizing

vast. Wanneer u de cirkelzaag vasthoudt met

beide handen, kunnen ze niet gewond raken

door het zaagblad.

b) Kom niet met uw handen onder het werkstuk.

De beschermkap kan u onder het werkstuk niet

beschermen tegen het zaagblad.

c) Pas de zaagdiepte aan de dikte van het werk-

stuk aan. Er mag minder dan een volledige

tandhoogte zichtbaar zijn onder het werkstuk.

d) Houd het werkstuk dat gezaagd moet worden

nooit met de hand of boven uw been vast. Zet

het werkstuk vast op een stabiele ondergrond.

Het is belangrijk het werkstuk goed te beves-

tigen, om het gevaar van lichaamscontact, be-

klemming van het zaagblad of controleverlies

tot een minimum terug te brengen.

e) Houd het apparaat alleen aan de geïsoleerde

greepvlakken vast wanneer u werkzaamheden

uitvoert waarbij het snijgereedschap verborgen

stroomleidingen of de kabel van het apparaat

zelf kan raken. Contact met een spanningvoe-

rende leiding zet de metalen onderdelen van

het apparaat onder spanning en veroorzaakt

een elektrische schok.

f) Gebruik bij het in de lengte snijden altijd een

aanslag of een geleiderail. Hierdoor wordt de

snijnauwkeurigheid verbeterd en de kans op

beklemming van het zaagblad verminderd.

g) Gebruik altijd zaagbladen met de juiste grootte,

die geschikt zijn voor de vorm van de opna-

mefl ens (ruitvormig of rond). Zaagbladen die

niet bij de montagedelen van de zaag passen,

lopen onregelmatig en leiden tot controlever-

lies.

h) Gebruik nooit beschadigde of verkeerde zaag-

blad-spanfl enzen of -schroeven. De zaagblad-

spanfl enzen en -schroeven zijn speciaal voor

uw zaag ontworpen, voor optimale prestaties en

gebruiksveiligheid.

i) Draag een passende persoonlijke veiligheids-

uitrusting: gehoorbescherming, veiligheidsbril,

stofmasker bij werkzaamheden waarbij stof

vrijkomt en veiligheidshandschoenen bij het

bewerken van ruwe materialen en het wisselen

van gereedschap.

De oorzaken van een terugslag en het voorko-

men hiervan:

– een terugslag is de onverwachte reactie van een

hakend, klemmend of verkeerd uitgericht zaag-

blad, die tot gevolg heeft dat de zaag zich onge-

controleerd van het werkstuk af en in de richting

van de gebruiker kan bewegen.

– wanneer het zaagblad zich in de sluitende zaag-

spleet vasthaakt of klem komt te zitten, raakt

het geblokkeerd en wordt het apparaat door de

kracht van de motor in de richting van de gebrui-

ker teruggeslagen.

– wordt het zaagblad in de zaagsnede verdraaid of

verkeerd uitgericht, dan kunnen de tanden van

het achterste zaagbladgebied zich vasthaken in

het oppervlak van het werkstuk, waardoor het

zaagblad uit de zaagspleet en terug in de rich-

ting van de gebruiker

Een terugslag is het gevolg van een onjuist of ver-

keerd gebruik van de zaag. Dit kan worden voor-

komen door de juiste voorzorgsmaatregelen te

nemen, zoals hierna beschreven.

Advertising