Technische gegevens, Milieu en recycling, Garantie – STIEBEL ELTRON CNS с 11.09.2006 User Manual

Page 16: 4 elektrische aansluiting, 5 overdracht

Advertising
background image

16

Technische gegevens

Type

CNS 50 S CNS 75 S CNS 100 S CNS 125 S CNS 150 S CNS 175 S CNS 200 S CNS 250 S CNS 300 S

Hoogte

mm

450

Breedte

mm

370

445

445

590

590

740

740

890

1040

Diepte

met wandhouder

mm

78

100

Maat A

mm

11

195

195

343

343

491

491

639

787

Gewicht

kg

3,0

4,

4,

5,6

5,6

7,0

7,0

8,4

9,8

Aansluiting

1/N ~ 30 V 50 Hz

Vermogen

kW

0,5

0,75

1,0

1,5

1,5

1,75

,0

,5

3,0

Temperatuur­
instelbereik

ºC

ca. 6 tot 30

Vorstbeveiliging

ºC

ca. 6

Beschermingsklasse

II

Veiligheidsnorm

IP 4, spatwaterdicht

Goedkeuringen

zie typeplaatje op toestel

3. Milieu en recycling

Recycling van oude toestellen

Toestellen met dit kenmerk horen niet
thuis in de vuilnisbak en zijn apart in te
zamelen en te recyclen.

De recycling van oude toestellen moet steeds
vakkundig en volgens de ter plaatse geldende
voorschriften en wetgeving plaats vinden.

Aanspraak op garantie bestaat uitsluitend in

het land waar het toestel gekocht is.

U dient zich te wenden tot de vestiging van

Stiebel Eltron of de importeur hiervan in het

betreffende land.

De montage, de electrische installatie,

het onderhoud en de eerste inbedri-

jfname mag uitsluitend worden uitgevoerd

door gekwalificeerd personeel.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor de-

fecte toestellen, welke niet volgens de bijge-

leverde gebruiks -en montageaanwijzing zijn

aangesloten of worden gebruikt.

4. Garantie

dige afstand tot de vloer. Om het toestel te
bevestigen, gaat u als volgt te werk:

I

Plaats de op het middelpunt gerichte

wandhouder (5) horizontaal op de vloer, en
markeer de met a en b aangeduide borin­
gen op de montagewand;

II

Til de wandhouder omhoog, zodat

de boringen b in de wandhouder zich ter
hoogte van de zojuist aangebrachte marke­
ringen op de montagewand bevinden;

Markeer boringen c en d van de wandhou­

der op de montagewand;

Boor gaten bij alle vier de markeringen en

bevestig de wandhouder met geschikte be­
vestigingsmaterialen afhankelijk van het type
wand (schroeven, pluggen). Met behulp van

de verticale langgaten kan de wandhouder
worden teruggeplaatst wanneer het geheel
tijdens het boren verschuift.

2.3.2 Toestelmontage

C

De convector dient met de bevestigingsgleu­
ven aan de achterzijde van het toestel tegelij­
kertijd op de vier strips van de wandhouder
te worden gehangen en ter vergrendeling te
worden aangedrukt. Daarna dient de aanslag­
bout (6) van de wandhouder rechtsom tot
aan de aanslag te worden gedraaid, zodat de
bevestiging wordt geborgd.
Om de convector te demonteren moet het
toestel na het losdraaien van de aanslagbout
enigszins worden opgetild en vervolgens naar
voren toe van de houder worden afgenomen.

2.4 Elektrische aansluiting

Het toestel mag uitsluitend worden aangeslo­
ten op wisselstroom 30 V ~ 50 Hz.
Voor de aansluiting moet op een afstand van
ten minste 10 cm van de zijkant van het ver­
warmingstoestel een wandcontactdoos wor­
den aangebracht.

2.5 Overdracht

Leg de gebruiker de functies van het toestel
uit. Wijs met name op de veiligheidsaanwij­
zingen.
Overhandig de gebruiks­ en montageaanwij­
zing aan de gebruiker.

Advertising