Telefoon direct aangesloten op comelit interface – Comelit FT CT 05 User Manual
Page 8
 
N
E
D
E
R
L
A
N
D
S
GROUP S.p.A.
FT CT 05
8
WAARSCHUWINGEN
•	 Voer	de	installatiewerkzaamheden	zorgvuldig	uit	volgens	de	door	de	fabrikant	gegeven	instructies	en	met	inachtneming	van	de	geldende	normen.
•	 Alle	componenten	mogen	alleen	gebruikt	worden	voor	de	doeleinden	waarvoor	ze	zijn	ontworpen.	
Comelit Group S.p.A. is niet verantwoordelijk voor oneigenlijk
gebruik	van	de	apparatuur,	voor	wijzigingen	die	om	welke	reden	dan	ook	door	derden	zijn	aangebracht,	en	voor	het	gebruik	van	accessoires	en	materialen	die	niet	
door	de	fabrikant	zijn	aangeleverd.
•	 Alle	producten	voldoen	aan	de	eisen	van	de	richtlijn	2006/95/EG	(die	de	richtlijn	73/23/EEG	en	latere	wijzigingen	vervangt).	
	 Dit	wordt	bevestigd	door	het	
CE-label op de producten.
•	 Monteer	de	aders	van	de	stamleiding	niet	in	de	nabijheid	van	voedingskabels	(230/400V).
•	 De	installatie-,	montage-	en	servicewerkzaamheden	aan	de	elektrische	apparaten	mogen	uitsluitend	door	gespecialiseerde	elektriciens	worden	verricht.
TELEFOON DIRECT AANGESLOTEN OP COMELIT INTERFACE
Wanneer er wordt aangebeld kan de telefoon worden opgenomen. Direct daarna kunt u communiceren met de bezoeker.
Indien	u	de	deur	wilt	openen	kan	dit	door	het	intoetsen	van:	
De	deur	wordt	nu	geopend	en	de	verbinding	wordt	na	enkele	seconden	verbroken.	
Wanneer	er	tijdens	het	gesprek	wordt	gebeld,	hoort	u	in	de	hoorn	dat	er	wordt	"aangeklopt".	U	kunt	dit	gesprek	opnemen	door	de	hoorn	op	te	hangen,	te	wachten	tot	de	bel	
overgaat	en	vervolgens	op	te	nemen.	Ditzelfde	geldt	als	u	aan	de	telefoon	bent	en	er	wordt	bij	u	aangebeld	bij	de	entree.	
OPTIONELE TOEPASSINGEN:
A. TELEFOON DIRECT AANGESLOTEN OP DE COMELIT-INTERFACE, NAAST EEN COMELIT-DEURTELEFOON OF -MONITOR
Na	 een	 deurtelefoonoproep	 treedt	 het	 eerste	 toestel	 dat	 wordt	 opgenomen	 in	 verbinding	 met	 het	 entreepaneel;	 de	 andere	 toestellen	 kunnen	 deze	 oproep	 niet	 meer	
beantwoorden.
B. STANDAARD 'VOLG MIJ'-FUNCTIE NAAR EEN TELEFOON OP AFSTAND OF EEN MOBIELE TELEFOON
Wanneer	er	wordt	aangebeld	kan	de	telefoon	worden	opgenomen.	Direct	daarna	kunt	u	met	de	bezoeker	communiceren.	Als	u	de	deur	wilt	openen,	kan	dit	door	het	intoetsen	
van:**.	De	deur	wordt	nu	geopend	en	de	verbinding	wordt	na	enkele	seconden	verbroken.	Voor	sommige	mobiele	telefoons	heeft	het	commando	**	een	andere	functie.	In	
dat	geval	kunt	u	#*	gebruiken	om	de	deur	te	openen.
C. AANGEPASTE 'VOLG MIJ'-FUNCTIE NAAR EEN TELEFOON OP AFSTAND OF EEN MOBIELE TELEFOON MET OPROEPSIGNAAL VANAF HET ENTREEPANEEL
Het	is	mogelijk	de	installateur	een	aangepaste	'volg	mij'-functie	te	laten	programmeren.	In	dit	geval	wordt	de	interface	direct	in	de	'volg	mij'-modus	gezet,	terwijl	ook	de	
telefoon	overgaat	en		met	een	deurtelefoon,	een	monitor	of	een	telefoon	kan	worden	geantwoord.
Als	u	de	telefoon	opneemt	die	door	de	'volg	mij'-functie	is	bereikt,	hoort	u	om	de	3	seconden	3	pieptonen.	Als	u	op	toets	1	drukt	kunt	u	met	de	bezoeker	communiceren,	als	
u	op	0	drukt	wordt	de	oproep	geweigerd.
D. AANGEPASTE DEUROPENING
Het	is	mogelijk	de	installateur	een	tweede	deuropening	te	laten	programmeren.	Met	deze	optie	kan	een	tweede	deur	met	de	telefoon	worden	geopend	met	het	relais	van	
art.	2904.	Deur	1	die	op	het	entreepaneel	is	aangesloten	kan	worden	geopend	door	het	intoetsen	van	**	of	#*.	De	andere	deur	gaat	tegelijk	met	deur	1	open	(default)	of	
onafhankelijk	met	alleen	het	commando	#*	(zie	punt	5L).	
Voor	sommige	mobiele	telefoons	heeft	de	code	**	een	andere	functie.	In	dat	geval	kunt	u	alleen	#*	gebruiken.	
1. AANSLUITEN VAN HET SYSTEEM:
Sluit	de	interface	aan	op	de	Simplebus	lijn	volgens	één	van	de	schema’s	op	de	achterzijde	van	deze	handleiding.	De	interface	is	vanuit	de	fabriek	ingesteld	voor	de	werking	
op	een	enkelvoudige	videokit.	Indien	de	interface	op	een	videokit	wordt	gemonteerd	kan	stap	2,	het	programmeren	van	de	interface	worden	overgeslagen.
2. PROGRAMMEREN VAN HET SIMPLEBUS ADRES VAN DE TELEFOONINTERFACE IN 3 STAPPEN:
Belangrijk: Verbind een analoge telefoon met de uitgang van de interface.
1	Zet	de	telefooninterface	in	de	programmeerstand	door	de	schakelaar	op	stand	"ON"	te	plaatsen.
2	Druk	op	de	beldrukker	van	het	entreepaneel,	waar	de	telefooninterface	op	dient	te	gaan	werken.	De	interface	slaat	het	laatst	gebelde	nummer	op.	Wacht	minimaal	5	
seconden	en	neem	de	hoorn	van	de	telefoon	op,	welke	direct	op	de	telefooninterface	is	aangesloten,	wacht	op	een	bevestigingstoon	en	kies:	
Hang de hoorn weer op.
3 Zet de telefooninterface terug op de normale stand door de schakelaar op stand "1" te plaatsen.
3. PROGRAMMEREN VAN DE TELEFOONINTERFACE (DOORSCHAKELEN) IN 3 STAPPEN:
De	telefooninterface	kan	zonder	programmering	worden	toegepast	wanneer	deze	als	interface	direct	tussen	de	buitenlijn	en	een	telefoon	wordt	geplaatst.	Wanneer	het	
wenselijk	is	de	telefoon	door	te	schakelen	naar	een	buitenlijn	of	naar	een	PABX	(telefooncentrale),	dient	de	doorschakel	functie	geprogrammeerd	te	worden:
Belangrijk: Verbind een analoge telefoon met de uitgang van de interface. 
1 Zet	de	telefooninterface	in	de	programmeerstand	door	de	schakelaar	op	stand	"ON"	te	plaatsen.
2 Neem	de	hoorn	van	de	telefoon	op,	welke	direct	op	de	telefooninterface	is	aangesloten,	wacht	op	een	bevestigingstoon	en	kies:	**	gevolgd	door	het	telefoonnummer.	Sluit	
af	met	**
Voorbeeld:	om	telefoonnummer	(06)	12345678	te	programmeren:
 
Hierna volgt een bevestigingstoon.
Indien	een	pauze	noodzakelijk	is,	kan	deze	worden	ingegeven	door	een	##	(wacht	na	het	intoetsen	van	ieder	#	op	een	bevestigingstoon).
3 Zet	de	telefooninterface	terug	op	de	normale	stand	door	de	schakelaar	op	stand	"1"	te	plaatsen.