Montage, Gebruik – Bosch GLL 2-50 Professional User Manual

Page 69

Advertising
background image

Nederlands | 69

Bosch Power Tools

1 609 929 S02 | (19.3.09)

Afgebeelde componenten

De componenten zijn genummerd zoals op de
afbeelding van het meetgereedschap op de
pagina met afbeeldingen.

1 Opening voor laserstraal
2 Weergave pulsfunctie
3 Toets pulsfunctie
4 Functietoets
5 Batterij-indicatie
6 Statiefopname 1/4"
7 Aan/uit-schakelaar
8 Deksel van batterijvak
9 Serienummer

10 Laser-waarschuwingsplaatje
11 Vergrendeling van het batterijvakdeksel
12 Richtschijf*
13 Richtindicatie 0° op de richtschijf
14 Richtindicatie 90° op de richtschijf
15 Richtindicatie 45° op de richtschijf
16 Pen van de richtschijf
17 Beschermetui*
18 Opbergkoffer*
19 Laserbril*
20 Meetplaat met voet*
21 Laserontvanger*

* Niet elk afgebeeld en beschreven toebehoren wordt
standaard meegeleverd.

Montage

Batterijen inzetten of vervangen

Gebruik uitsluitend alkali-mangaan-batterijen.
Als u het batterijvakdeksel 8 wilt openen, drukt
u op de vergrendeling 11 in de richting van de
pijl en verwijdert u het batterijvakdeksel. Plaats
de meegeleverde batterijen. Let daarbij op de
juiste poolaansluitingen, zoals aangegeven op
de binnenzijde van het batterijvak.

Als de batterij-indicatie 5 rood knippert, moet u
de batterijen vervangen.
Vervang altijd alle batterijen tegelijkertijd. Ge-
bruik alleen batterijen van één fabrikant en met
dezelfde capaciteit.
f

Neem de batterijen uit het meetgereed-
schap als u het langdurig niet gebruikt.
Als
de batterijen lang worden bewaard, kunnen
deze gaan roesten en leegraken.

Gebruik

Ingebruikneming

f

Bescherm het meetgereedschap tegen
vocht en fel zonlicht.

f

Stel het meetgereedschap niet bloot aan
extreme temperaturen of temperatuur-
schommelingen.
Laat het bijvoorbeeld niet
lange tijd in de auto liggen. Laat het meetge-
reedschap bij grote temperatuurschomme-
lingen eerst op de juiste temperatuur komen
voordat u het in gebruik neemt. Bij extreme
temperaturen of temperatuurschommelingen
kan de nauwkeurigheid van het meetgereed-
schap nadelig worden beïnvloed.

f

Voorkom heftige schokken of vallen van het
meetgereedschap.
Na sterke externe inwer-
kingen op het meetgereedschap dient u,
voordat u de werkzaamheden voortzet, altijd
een nauwkeurigheidscontrole uit te voeren
(zie „Waterpasnauwkeurigheid”).

f

Schakel het meetgereedschap uit wanneer
u het verplaatst of vervoert.
Bij het uitscha-
kelen wordt de pendeleenheid vergrendeld.
Anders kan deze bij heftige bewegingen be-
schadigd raken.

OBJ_BUCH-817-004.book Page 69 Thursday, March 19, 2009 12:32 PM

Advertising