Bedieningselementen van de m3t-zender – Audio-Technica M3R User Manual

Page 101

Advertising
background image

101

Bedieningselementen van de M3T-zender

Frontpaneel zender

Achterpaneel zender

1.

Aan/uitknop. Druk één keer op de knop om de zender aan te
schakelen. Druk een tweede keer op de knop om de zender uit te
schakelen.

2.

Uitgang voor oortelefoon.

1

/

4

" TRS jack-connector voor het

auflisteren van audiosignalen via de zender. Kan worden gebruikt
met een mono- of een stereo-oortelefoon.

3.

Volumeregeling oortelefoon. Om het geluidsvolume van de
monitor-oortelefoon te regelen; de regeling betreft alleen de

1

/

4

"

jack-connector voor de oortelefoon. De regeling heeft geen invloed
op de audio-uitgang van de zender.

4.

LCD-display. Geeft instellingen, regelwaarden en gebruikswaarden
weer. Wordt eveneens samen met de Mode/Set-toets en de
Pijl-omhoog/Pijl-omlaag toetsen gebruikt om de instelling van
gebruikersfuncties te wijzigen. Zie pagina 103 voor details.

5.

Pijl-omhoog/Pijl-omlaag toetsen. Worden samen met de
Mode/Set-toets gebruikt voor menukeuze, selectie van
werkfrequentie en wijziging van functie-instellingen van de ontvanger.

6.

Mode/Set-toets. Wordt samen het de Pijl-omhoog/Pijl-omlaag
toetsen gebruikt voor menukeuze, selectie van werkfrequentie en
wijziging van functie-instellingen van de ontvanger.
De toets wordt op twee verschillende manieren bediend:

Indrukken: Met een korte druk op de toets activeert u de Menu-

modus, activeert u de Edit-modus of verlaat u een modus (Escape)

zonder de bestaande instellingen te wijzigen.
Ingedrukt houden: Houd de Mode/Set-toets ingedrukt (ca. twee

seconden) om een nieuwe instelling te bevestigen als de ontvanger

in Edit-modus is of om de nieuwe instellingen op te slaan.

7.

Afneembare flexibele antenne. Via de afneembare antenne wordt
het signaal naar de ontvangers gezonden.

8.

Gegevenspoort. Alleen voor fabrieks- en service-instellingen.

9.

Lusuitgang. De R/2 XLR jack-connector dupliceert het signaal van
de R/2-ingang zonder bewerking; de L/1 XLR jack-connector dupliceert

het signaal van de L/1-ingang zonder bewerking. Niet beïnvloed

door de instellingen op het frontpaneel.

10. Verzwakkers. Voor -20 dB, -10 dB en 0 dB verzwakking voor elke

ingang.

11. Ingangen. Combinatie ingangs jack-connectoren (XLR en

1

/

4

").

12. DC-ingang. Sluit hier de netvoedingsadapter aan.

13. Snoerhaak. Leid het DC-snoer rond de haak zodat de DC-connector

er niet per ongeluk kan worden uitgetrokken.

Fantoom voeding
De zender verzorgt geen fantoomvoeding, maar geeft fantoomvoeding
van ander materiaal door naar een apparaat dat op een van de ingangs
jack-connectoren is aangesloten.

LET OP: Als instrumenten op een mengpaneel worden aangesloten
via de lusuitgang van de zender, dient u een “DI” box te gebruiken
om beschadiging van de instrumenten en/of het materiaal door de
fantoomvoeding van het mengpaneel te voorkomen. Sluit het
instrument aan op een “DI” box en sluit deze daarna aan op de
zender.

NE

10

11

13

9

7

1

8

12

2

9

10

11

3

4

5

6

Advertising
This manual is related to the following products:

M3