Festool TS 55 EBQ User Manual

Page 39

Advertising
background image

39

Inval-cirkelzaagmachine
Technische gegevens

TS 55 EBQ/TS 55 EQ

TS 55 Q

Vermogen

1200 W

1050 W

Toerental (onbelast toerental)

2000 - 5200 min

-1

6500

min

-1

Schuine stand

0° - 45°

0° - 45°

Zaagdiepte bij 0°

0 – 55 mm

0 – 55 mm

Zaagdiepte bij 45°

0 – 43 mm

0 – 43 mm

Afmetingen zaagblad

160x2,2x20 mm

160x2,2x20 mm

Gewicht machine

4,5 kg

4,4 kg

Beschermingsklasse

/II

/II

De aangegeven afbeeldingen staan aan het begin van de gebruiksaanwijzing.

Symbolen

Waarschuwing voor algemeen gevaar

Handleiding, instructies lezen!

Draag

oorbeschermers!


Veiligheidsbril

dragen.

1 Reglementair

gebruik

Conform de bepalingen zijn de machines bestemd
voor het zagen van hout, op hout gelijkende ma-
terialen, gips- en cementgebonden vezelstoffen
en kunststoffen. Met de door Festool aangeboden
speciale zaagbladen voor aluminium kunnen de
machines ook voor het zagen van aluminium wor-
den gebruikt.
Er mogen alleen zaagbladen met de volgende ei-
genschappen worden gebruikt: diameter zaagblad
160 mm; zaagbreedte 2,2 mm tot 2,6 mm; uitboring
20 mm; stambladdikte max. 1,8 mm; geschikt voor
een toerental van maximaal 9500 min

-1

.

Geen slijpschijven gebruiken.
Festool-elektrogereedschap mag alleen worden
ingebouwd in werktafels die hiervoor door Festool
bestemd zijn. Door inbouw in andere of zelfge-
maakte werktafels kan het elektrogereedschap
onveilig worden, met mogelijk ernstige ongevallen
als gevolg.

Voor schade en ongevallen ten gevolge

van nietreglementair gebruik is uitslui-
tend de gebruiker aansprakelijk!

2

Veiligheidsinstructies

2.1

Algemene veiligheidsvoorschriften

LET OP! Lees alle veiligheidsvoorschriften
en instructies.
Wanneer de waarschuwin-

gen en instructies niet in acht worden genomen,
kan dit een elektrische schok, brand of ernstig
letsel tot gevolg hebben.

Bewaar alle veiligheidsinstructies en handleidin-
gen om ze later te kunnen raadplegen.
Het in de waarschuwingen gebruikte begrip
„elektrisch gereedschap” heeft betrekking op
elektrische gereedschappen voor gebruik op het
stroomnet (met netsnoer) en op elektrische ge-
reedschappen voor gebruik met een accu (zonder
netsnoer).

2.2

Machinespecifieke veiligheidsinstruc-
ties

1) Zaagmethode

a)

GEVAAR: Kom met uw handen niet in het

zaagbereik en raak het zaagblad niet aan. Houd
met uw tweede hand de extra greep of de mo-
torbehuizing vast.
Wanneer u de cirkelzaag
vasthoudt met beide handen, kunnen ze niet
gewond raken door het zaagblad.

b) Kom niet met uw handen onder het werkstuk.

De beschermkap kan u onder het werkstuk niet
beschermen tegen het zaagblad.

c) Pas de zaagdiepte aan de dikte van het werk-

stuk aan. Er mag minder dan een volledige
tandhoogte zichtbaar zijn onder het werkstuk.

d) Houd het werkstuk dat gezaagd moet worden

nooit met de hand of boven uw been vast. Zet
het werkstuk vast op een stabiele ondergrond.
Het is belangrijk het werkstuk goed te beves-
tigen, om het gevaar van lichaamscontact, be-
klemming van het zaagblad of controleverlies
tot een minimum terug te brengen.

e) Houd het apparaat alleen aan de geïsoleerde

greepvlakken vast wanneer u werkzaam-
heden uitvoert waarbij het snijgereedschap
verborgen stroomleidingen of de kabel van het
apparaat zelf kan raken.
Contact met een span-
ningvoerende leiding zet de metalen onderdelen
van het apparaat onder spanning en veroorzaakt
een elektrische schok.

f) Gebruik bij het in de lengte snijden altijd een

aanslag of een geleiderail. Hierdoor wordt de
snijnauwkeurigheid verbeterd en de kans op

Advertising