Velleman SPBS8 User Manual

Page 11

Advertising
background image

SPBS8

01 (09/10/2008)

Velleman

®

11

• Zorg ervoor dat geen enkel onderdeel van de bumper de waarnemingshoek van de sensor

belemmert.

• Markeer de plaats van elk gat op de bumper en boor het gat met behulp van de meegeleverde

klokzaag (Ø 18,5 mm).

• Schuur de rand van het gat mooi vlak.

• Plaats de bekabeling en de sensor in het gat. Zorg ervoor dat de centrale as van de sensor

loodrecht op de bumper staat en dat de markering ‘UP’ naar boven is gericht (zie hieronder).

Opmerking: De sensoren kunnen in de kleur van de bumper worden overspoten indien gewenst.

Houd de laklaag echter dunner dan 0,1 mm!

De ECU-stuureenheden (Electronic Control Units)

• Raadpleeg het hoofdstuk ‘5. Omschrijving’ voor een algemeen overzicht van het systeem.

Monteer de achterste stuureenheid in de koffer, zo dicht mogelijk bij het achteruitrijdlicht. De
voorste stuureenheid wordt best gemonteerd naast de zekeringkast. Vraag raad aan een

technicus bij twijfel.

• Installeer de eenheden zo ver mogelijk van storingsbronnen zoals kabelbomen, de uitlaatpijp…

• Zorg dat de bekabeling van de eenheden na aansluiting gemakkelijk toegankelijk blijft.

• Beschadig geen kabels of vitale onderdelen tijdens het vastschroeven van de stuureenheden.

De lcd-display

• Installeer de display en het meegeleverde statief zo op het dashboard dat de display onder alle

omstandigheden gemakkelijk leesbaar is.

De bekabeling/aansluiting

• Raadpleeg het hoofdstuk ‘5. Omschrijving’ voor een algemeen overzicht van de sensoren. Houd

zeker rekening met de nummering van elke sensor! Sluit elke sensor aan de kabel met het
respectievelijke nummer, bv. sluit sensor 5 (vooraan links) via kabel 5 aan poort 5 van de

voorste stuureenheid.

• Plug de kabel in de sensor en maak vast door de kap over de aansluiting te schoreven.

• Plug het andere eind van de kabel in de overeenkomstige poort van de stuureenheid.

Aansluiting van de voeding voor de achterste stuureenheid

• De achterste stuureenheid wordt gevoed door het achteruitrijdlicht van het voertuig. Sluit aan

met behulp van de rood-zwarte voedingskabel met 2-pins connector en kabelclips.

• Haal de voedingskabel van het achteruitrijdlicht (+12 V) door een kabelclip.

Advertising