Onderhoud, Onderhoudsschema – Husqvarna 122LD User Manual
Page 179
Dutch – 179
ONDERHOUD
Onderhoudsschema
Hieronder volgt een lijst van het onderhoud dat aan de machine moet worden uitgevoerd. De meeste punten staan 
beschreven in het hoofdstuk Onderhoud. De gebruiker mag alleen die onderhouds- en servicewerkzaamheden 
uitvoeren die in deze gebruiksaanwijzing worden beschreven. Meer ingrijpende maatregelen moeten door een erkende 
servicewerkplaats worden uitgevoerd.
Onderhoud
Dagelijks 
onderhoud
Wekelijks 
onderhoud
Maandelijks 
onderhoud
Maak de machine uitwendig schoon.
X
Controleer of de gashendelvergrendeling en de gashendel goed 
werken uit veiligheidsoogpunt.
X
Controleer of de stopschakelaar werkt.
X
Controleer of de snijuitrusting niet roteert bij stationair draaien.
X
Maak het luchtfilter schoon. Vervang het indien nodig.
X
Controleer of de beschermkap niet beschadigd is en geen 
barsten vertoont. Vervang de beschermkap als ze gebarsten is of 
slagen te verduren gehad heeft.
X
Controleer of de trimmerkop onbeschadigd is en geen barsten 
vertoont. Vervang de trimmerkop indien nodig.
X
Controleer of de bouten en moeren en vastgedraaid zijn.
X
Controleer of er brandstof lekt uit motor, tank of 
brandstofleidingen.
X
Controleer de starter en het starterkoord.
X
Controleer of de trillingsdempingselementen niet beschadigd 
zijn.
X
Maak de bougie uitwendig schoon. Verwijder hem en controleer 
de afstand tussen de elektroden. Stel de afstand in op 0,5 mm of 
vervang de bougie. Zorg ervoor dat de bougie zog. radio-
ontstoring heeft.
X
Maak het koelsysteem van de machine schoon.
X
Maak het vonkenopvangnet van de geluiddemper schoon of 
vervang het (geldt alleen bij geluiddempers zonder katalysator).
X
Maak de buitenkant van de carburateur en de directe omgeving 
van de carburateur schoon.
X
Controleer of de haakse overbrenging voor 3/4 gevuld is met 
smeermiddel. Vul indien nodig bij met speciaal vet.
X
Controleer of het brandstoffilter niet is verontreinigd en of de 
brandstofleiding geen barsten of andere defecten vertoont. 
Vervang indien dit noodzakelijk is.
X
Controleer alle kabels en aansluitingen.
X
Controleer de koppeling, de koppelingsveren en 
koppelingstrommel op slijtage. Laat indien nodig bij een erkende 
servicewerkplaats vervangen.
X
Vervang de bougie. Zorg ervoor dat de bougie zog. radio-
ontstoring heeft.
X