Velleman VDP2301RGVLD10 User Manual

Page 15

Advertising
background image

VDP2301RGVLD10 - VDP2601RGYLD10 - VDP3801RGVLD10

11/08/2011

©Velleman nv

15

• De rootdirectory kan 3 gereserveerde bestanden bevatten. Wis deze bestanden niet!

o

CONFIG.DAT: Bevat instellinggegevens voor de laserprojector. Zie verder voor instructies.

o

FLASHMP.BIN: Aanstuurprogramma voor firmware-updates.

o

FWUPxxx.BIN: Specifieke update (xxx= updatenummer). Dit bestand wordt automatisch gewist na de

update.

Definities:
• Een show bevat een aantal frames in sequentiële volgorde afgespeeld.

• Elk frame wordt gevormd door een aantal punten. Het interval tussen twee punten bepaalt de vlotheid van

elk frame. De snelheid wordt uitgedrukt in kilopunten per seconde (Kpps). Bij een te lage waarde zal het

frame flikkeren of zelfs onzichtbaar zijn.

Opmerking: Gebruik niet voortdurend de maximale snelheid (= 20 Kpps) om de interne onderdelen niet
overmatig te belasten.

• De frameparameter bepaalt het interval tussen twee opeenvolgende frames (= de snelheid van de

animatie). Een lage (DMX-) waarde zorgt voor een trage animatie.

Opmerking: Laat de animaties niet voortdurend op maximale snelheid afspelen om de interne onderdelen
niet overmatig te belasten.

• De projector zal eventjes uitschakelen bij het projecteren van twee niet-opeenvolgende punten. Dit heet

verschuiving. Bij een lage waarde zal de projector onmiddellijk uit- en inschakelen. Verhoog de waarde om
het schakelen te vertragen.

DMX-kanalen:
• Bij gebruik van een SD-kaart beschikt u over 16 DMX-kanalen. U kunt echter slechts 9 van deze kanalen zelf

instellen; de overige kanalen zijn voor de animatie voorbehouden.

• Stel de kanalen in via de uitgang van de DMX-controller (niet meegeleverd). Raadpleeg CONFIG.DAT

hieronder voor een overzicht van de DMX-kanalen.

Bedieningen:
• Bedien de projector met de volgende drie knoppen:

o

FUNC [A]

Selecteer de te wijzigen parameter:

‘Adr’ = DMX-adres (1~512)

‘Int’ = maximale intensiteit kleur/laser (0~99)

‘Ort’ = straalrichting van de projectie (0~7)

0 normaal

4 X en Y omgewisseld

1 X omgekeerd

5 X en Y omgewisseld; X omgekeerd

2 Y omgekeerd

6 X en Y omgewisseld; Y omgekeerd

3 X en Y omgekeerd

7 X en Y omgewisseld, X en Y omgekeerd

o

SEL [B]

Druk op deze knop om de instellingen voor ‘Adr’, ‘Int’ of ‘Ort’ weer te geven.

Druk opnieuw om de instellingen te wijzigen. Wijzig de knipperende digit met UP, druk op SEL om de
volgende digit te selecteren. Bewaar de wijziging met FUNC.

o

UP [C]

Wijzig de waarde van de knipperende digit (0~9).
Opmerking: De display keert na 10 seconden terug naar de normale uitlezing.

Statusleds:

• Raadpleeg de tabel hieronder:

READY

(groen)

DMX

(groen)

ERROR

(rood)

DATA

(geel)

X

geen MMC- of SD-kaart aanwezig

X X

geen FAT16 bestandsysteem gevonden

X X X

datafout bij het lezen van de kaart

X X

bestand niet gevonden

X X

geen DMX-signaal

X X

laserprojector klaar voor gebruik

Opmerking: X = ON

• De projector schakelt niet uit bij elke fout maar enkel bij datafouten bij het lezen van en schrijven naar de

SD-kaart.

CONFIG.DAT:
• Het CONFIG.DAT-bestand bevat de configuratiegegevens voor de laserprojector. Wijzig het bestand met de

meegeleverde EditConfig.exe-tool.

• Koppel de meegeleverde SD-kaart aan een compatibele pc en open EditConfig.exe:

Advertising