Lenco CS-420 - Manual (Page 26)

WERKING
26
“ALARM” wordt weergegeven wanneer
een uitzending over een noodsituatie
wordt ontvangen. Tegelijk wordt het
geluidsvolume automatisch aangepast
aan het voorgeprogrammeerde
uitgangsniveau als het volume op het
minimum is gezet.
- Werking regionale programma's
Als de AF-functie is ingeschakeld. In het
REG-item van het SEL-menu. Draai
aan de audioknop (3) om de
regio-modus aan of uit te schakelen.
Sommige zenders wijzigen hun
programma voor een bepaalde periode
van een normale uitzending naar een
regionale uitzending. Als regio aan staat,
blijft het huidige beluisterde programma
ongewijzigd. Als regio uit staat, is het
mogelijk dat de ontvangst naar de
regionale zender schakelt.
- Luisteren naar verkeersinformatie
In het TA-item van het SEL-menu. Draai
aan de audioknop (3) om de TA-functie
in of uit te schakelen. Als de TA-modus
is ingeschakeld en verkeersinformatie
wordt uitgezonden:
Wanneer het toestel in MP3- of AUX
IN-modus was, zal het tijdelijk naar de
radio-modus overschakelen.
Tijdelijke overschakeling naar een
EON-station, wanneer EON
verkeersinformatie op dat andere station
detecteert. Als het volume onder de
drempelwaarde lag, zal het worden
verhoogd tot de drempelwaarde. Maar als
de gebruiker het volume wijzigde, dat meer
was dan de drempelwaarde (min.
TA-volumeniveau), dan wordt deze
ingesteld op het laatste niveau. In het
TA-item van het SEL-menu. Draai aan de
audioknop (3), TA-modus is aan, TA van de
individuele sectie wordt ingeschakeld.
Wanneer een TP-station wordt ontvangen,
wordt de TP van de individuele sectie
ingeschakeld.
TA-onderbrekingsfunctie
De huidige verkeersinformatie wordt
geannuleerd door de TA-functie naar STOP
om te zetten (in het TA-item van het
SEL-menu, wanneer de TA-zender niet
wordt ontvangen, is het alleen aan/uit.
Maar wanneer een TA-station wordt
ontvangen, zal het TA-item de keuze
aan/stop/uit hebben voor uw selectie).
Maar de TA-modus zal niet uit zijn. EON
TA-informatie werd ontvangen van de
huidige zender en de radio schakelde over
naar dat EON-station, maar er kan geen
informatie worden ontvangen, omdat het
EON-station te ver uit dat gebied ligt. Dan
schakelt de radio weer terug naar de
huidige zender. Bij de bovenstaande
handelingen, luistert u naar een verkeerd
programma of dempt u tijdelijk het geluid.
De gebruikte RDS-gegevens zijn de PI, PS,
AF, TP, TA, EON en PTY-gegevens.
PI: Programma-identificatiecode voor de
identificatie van de programma's
PS: Programmanaamservice
Namen van zenders verschijnen in
alfanumerieke tekens
AF: Alternatieve frequenties
Frequentielijst van de zenders die
hetzelfde programma uitzenden
TP: Identificatie verkeersinformatie
Identificatiegegevens voor
verkeersinformatiezenders
TA: Identificatie aankondiging
verkeersinformatie
Identificatiegegevens, waaruit blijkt of
verkeersinformatie wordt uitgezonden
of niet
EON: Uitgebreide informatie van andere
zenders
Uitzendinformatie over PI, AF, TP, TA etc,
die betrekking heeft op een ander netwerk
dan dat wordt gebruikt voor de huidige
ontvangst.
In het SEL-menu, wanneer de TA wordt
uitgeschakeld, zal het de TA-functie
uitschakelen.