Beschrijving van de onderdelen (zie afb. 1 en 2), Bediening, Onderhoud en opslag – Makita PLM4622 User Manual

Page 41

Advertising
background image

41

- bewaar benzine in speciaal daarvoor bestemde

jerrycans;

- vul alleen benzine bij in de open lucht en rook

daarbij niet;

- vul benzine bij voor het starten van de motor.

Verwijder nooit de brandstoftankdop en vul nooit
benzine bij terwijl de motor draait of wanneer de
motor warm is;

- als benzine wordt gemorst, mag u niet proberen de

motor te starten, maar moet de grasmaaier worden
verwijderd van de plaats waar de benzine gemorst
is, en mag de motor niet worden gestart voordat de
benzine verdampt is;

- plaats de doppen stevig terug op de brandstoftank

en jerrycan.

• Vervang defecte geluiddempers.
• Voer vóór gebruik altijd altijd een visuele controle uit of

het maaimes, de mesbout of het maaimechanisme
versleten of beschadigd is. Vervang het versleten of
beschadigd maaimes en mesbout altijd samen, om
onbalans te voorkomen.

Bediening

• Laat de verbrandingsmotor niet draaien in een gesloten

ruimte waarin gevaarlijke koolmonoxidedampen zich
kunnen ophopen.

• Werk alleen bij daglicht of bij goed kunstlicht.
• Gebruik de grasmaaier bij voorkeur niet wanneer het

gras nat is.

• Zorg er op een helling altijd voor dat u stevig staat.
• Loop rustig, nooit te snel.
• Maai met cirkelmaaiers met wielen een helling altijd in

de dwarsrichting en nooit van boven naar beneden.

• Ga altijd uiterst voorzichtig te werk bij het veranderen

van richting op een helling.

• Maai niet op bijzonder steile hellingen.
• Pas goed op als u de grasmaaier achteruit laat rijden of

naar u toe haalt.

• Het maaimes moet stilstaan wanneer de grasmaaier bij

het vervoeren moet worden gekanteld, wanneer de
grasmaaier over een oppervlak waar geen gras groeit
moet worden verplaatst en bij het vervoer naar en van
een te maaien gedeelte.

• Gebruik de grasmaaier nooit met defecte

afschermingen of zonder veiligheidsvoorzieningen
zoals een achterklep en/of grasopvangzak.

• Verander de regelafstellingen van de motor niet en laat

het toerental van de motor niet buitengewoon hoog
oplopen.

• Schakel het maaimes en de aandrijving uit voordat u

de motor start.

• Start de motor zorgvuldig zoals aangegeven in de

gebruiksaanwijzing en blijf met uw voeten steeds op
voldoende afstand van het maaimes.

• Tijdens het starten van de motor mag de grasmaaier

niet worden gekanteld.

• Start de motor niet als u voor het uitwerpkanaal staat.
• Kom niet met uw handen of voeten in de buurt van of

onder draaiende delen. Blijf altijd uit de buurt van de
uitwerpopening.

• De grasmaaier nooit optillen of dragen wanneer de

motor loopt.

• Schakel de motor uit en maak de bougiekabel los,

wacht tot de draaiende delen helemaal tot stilstand zijn
gekomen en, indien aanwezig, verwijder de sleutel:

- voordat u blokkeringen opheft of voordat u het

uitwerpkanaal leegt;

- voordat u de grasmaaier controleert, reinigt of er

werkzaamheden aan gaat verrichten;

- na het raken van een vreemd voorwerp. Controleer

of de grasmaaier beschadigd is en laat deze indien
nodig repareren voordat u de grasmaaier opnieuw
gaat starten en gebruiken;

- als de grasmaaier op ongebruikelijke manier begint

te trillen (onmiddellijk controleren).

• Schakel de motor uit en maak de bougiekabel los,

wacht tot de draaiende delen helemaal tot stilstand zijn
gekomen en, indien aanwezig, verwijder de sleutel:

- Iedere keer als u de grasmaaier onbeheerd

achterlaat;

- voordat u brandstof bijvult.

• Zet de gashendel terug vóórdat u de motor uitschakelt

en indien de motor is voorzien van een brandstofkraan,
moet deze na het maaien worden dicht gezet.

• Gebruik de grasmaaier uitsluitend voor het doel

waarvoor hij is ontworpen: voor het maaien en
opvangen van gras. Al het andere gebruik kan
gevaarlijk zijn en schade aan het gereedschap
veroorzaken.

Onderhoud en opslag

• Zorg ervoor dat alle bouten en de schroeven stevig

vastgedraaid zijn om er zeker van te zijn dat het
gereedschap altijd op een veilige manier gebruiksklaar
is.

• Zet de grasmaaier niet met brandstof in de

brandstoftank in een ruimte waar de brandstofdampen
in aanraking kunnen komen met vlammen of vonken.

• Laat de motor afkoelen vóórdat u de grasmaaier

opbergt.

• Om het brandgevaar zoveel mogelijk te beperken moet

u de motor, de geluiddemper, de accubak en de
brandstoftank vrijhouden van gras, bladeren of
overtollig vet.

• Controleer regelmatig de grasopvangzak op slijtage en

beschadigingen.

• Vervang veiligheidshalve versleten of beschadigde

delen.

• Als de brandstoftank moet worden geleegd, moet u dit

in de open lucht doen.

WAARSCHUWING: Raak het draaiende

maaimes niet aan.

WAARSCHUWING: Vul de brandstoftank bij in

een goed geventileerde ruimte terwijl de motor is
uitgeschakeld.

3. BESCHRIJVING VAN DE

ONDERDELEN (zie afb. 1 en 2)

Bijgeleverd:
A: Bougiesleutel
B: Mulchinzet

Advertising