Nl 8.2 – Xylem TP1 User Manual

Page 17

Advertising
background image

17

www.lowara.de

Montage- en bedieningsinstructie condensaatpomp TP1

NL

8.2

8.2 Alarmaansluiting

De condensaatpomp TP1 is van een alarmaansluiting voorzien (het schakelen met een vertraging van

15 seconden). Daarmee kan de gasgestookte ketel met rookgascondensor of de airconditioning worden

uitgeschakeld, zodat een verdere toevoer van condensaat en het overlopen van de tank voorkomen wordt.

Als de alarmaansluiting gebruikt moet worden, moet de 2 m lange alarm-aansluitkabel volgens de afbeelding

aangesloten worden. Als de kabel niet lang genoeg is, is het gebruik van een verdeeldoos aan te bevelen. De

alarmkabel is goed in de pomp aangesloten worden en kan niet gedemonteerd worden. Als de alarmaansluiting

niet gebruikt hoeft te worden, kan de alarmkabel direct bij de pomp afgesneden worden. Om te voorkomen

dat er vocht in de elektronica van de pomp komt, dient de rubberen kap met gaten vervangen te worden door

de meegeleverde gesloten rubberen kap.

8.3 Controle van de werking

Nadat de condensaatpomp geïnstaleerd is, is het aan te bevelen de werking ervan te controleren. Hiervoor

dient de tank met water (ca. 0,3 l) gevuld te worden, bij voorkeur via de extra toevoeropening. Vullen tot het

inschakelniveau bereikt is en de pomp ingeschakeld wordt. Als de geïntegreerde droogloopbeveiliging door

lucht in de pomp geactiveerd wordt (pomp wordt uitgeschakeld, groene en rode lampjes knipperen), dient

er 0,2 l water bijgevuld en 2 minuten gewacht te worden. De pomp wordt na één minuut automatisch weer

ingeschakeld.

De condensaatpomp TP1 is nu klaar voor gebruik.

De toevoerslang voor het condensaat dient met enige graden verval naar de TP1 gelegd te worden. De slang

moet zo ver in de tankopening gestoken worden dat hij er niet per ongeluk uit kan glijden. (In de tweede

toevoeropening kan een extra slang, bijv. voor de afvoer van druppelend water uit de veiligheidsklep van de

ketel, aangebracht worden.)

De drukslang voor de afvoer van het condensaat moet tot de aanslag op het retourventiel gestoken worden.

Extra bevestiging door slangklemmen is aan te bevelen. Arrêteer vervolgens het retourventiel met een kwartslag

tegen de wijzers van de klok in. Voor verdere aanleg van de drukslang, zie punt 7 Installatievolgorde.

9 Onderhoud/demontage

Voor een onderhoudsbeurt of demontage moet de condensaatpomp

van het elektriciteitsnet losgekoppeld worden!

De TP1 behoeft geen bijzonder onderhoud. Wij adviseren, afhankelijk van de mate van vervuiling, aanslag

regelmatig te verwijderen en de pomp uit te spoelen met schoon water.

Door de clips in te drukken kan de TP1 verticaal naar boven van de montagehouder

getrokken worden (zie opengewerkte tekening).

Demontage van de condensaatpomp: drukslang samen met het retourventiel

van het pomphuis losmaken door het ventiel een kwartslag tegen de wijzers van de klok te

draaien. Toevoerslang voor het condensaat voorzichtig uit de tank trekken.

Condensaat uit gasgestookte ketels met rookgascondens is agressief. Contact met

restcondensaat in de tank, de toevoerslang voor het condensaat of de drukslang dient vermeden te

worden!

!

!

ATTENTIE

8.1 Elektrische aansluiting

De condensaatpomp TP1 heeft een netkabel van 2,0 m lengte met veiligheidsstekker. Als deze kabel niet lang

genoeg is, raden wij een verlengkabel of verdeeldoos aan. De netkabel is goed in de pomp aangesloten en

kan niet gedemonteerd worden en tegen een langere netkabel vervangen worden.

De elektrische aansluiting moet overeenkomstig de geldende normen uitgevoerd zijn; van belang is dat de

aansluiting volgens de voorschriften geaard en beveiligd is.

Werkzaamheden aan de elektrische installatie mogen alleen door geautoriseerd vakpersoneel

uitgevoerd worden!

!

Advertising