Hach-Lange SD900 Refrigerated Sampler, SD900 AWRS Basic User Manual User Manual
Page 177
Optie
Omschrijving
Program delay
(Programmavertraging)
Enable/disable (inschakelen/uitschakelen): indien ingeschakeld start het
monsternameprogramma op een bepaald tijdstip of wanneer een bepaald
aantal tellingen is bereikt. Date and time (Datum en tijd): de datum en tijd
wanneer het programma moet worden gestart (24-uursindeling). Counts
(Tellingen): het aantal tellingen of pulsen van de debietmeter wanneer het
programma moet worden gestart (1-9999 tellingen). Indien het monstername-
interval later wordt ingesteld op tijd, zal de programmavertraging worden
uitgeschakeld.
Sample pacing/collection
(Interval/verzamelen van
monsters)
Op basis van tijd—Raadpleeg
op pagina 178.
Opmerking: Bij gebruik van CTVV:
•
De vloeistofsensor is altijd ingeschakeld.
•
De verdeling van het monster is samengesteld.
•
De bedrijfsmodus is niet-continu.
•
Het eerste monster wordt na de interval genomen.
•
De bron van de doorvoer is altijd 4–20 mA invoer.
Op basis van doorstroming—Raadpleeg
Verdeling van het monster Deliver samples to all (Monsters in elke fles)>YES (Ja)
Elk monster wordt in alle flessen gedaan. End after last (Stoppen na laatste):
het programma wordt gestopt nadat het laatste monster is verzameld (1–999).
Continuous (Continu): het programma loopt door totdat het handmatig wordt
gestopt.
Deliver samples to all (Monsters in elke fles)>NO (Nee)
Monsters worden in een subset van flessen gedaan (
).
Sample/bottle (Monsters/fles): het aantal monsters dat in elke fles moet
worden verzameld (1–999). Bottles/sample (Flessen/monster): het aantal
flessen dat hetzelfde monster bevat.
Vloeistofsensor
Ingeschakeld of uitgeschakeld. Indien uitgeschakeld, moet het monstervolume
worden gekalibreerd op tijd.
Monstervolume
Het volume van elk monster in ml (1 gal = 3785,4 ml). Indien de modus
Bottles/sample (Flessen/monster) wordt gebruikt, wordt in elke fles een
volledig monstervolume gedaan (10–10.000 ml). Zorg ervoor dat het
monstervolume niet groter is dan het volume van de fles. Monstervolumes
worden afgerond naar de dichtstbijzijnde 10 ml.
Intake rinses
(Inlaatspoelingen)
Het aantal keren dat de inlaatslang moet worden gespoeld voordat elk monster
wordt genomen (0–3).
Sample retries (Herhaalde
monsternames)
Het aantal herhaalde monsternames als er een storing optreedt (0–3).
Site ID (Site-id)
De naam voor de monsternamelocatie (maximaal 12 tekens). De site-id wordt
gebruikt als vooringestelde naam wanneer het programma wordt opgeslagen.
Advanced sampling
(Geavanceerde
monstername)
Het menu voor geavanceerde monstername wordt geopend. Configureer
eventueel de opties in het menu Advanced Sampling (Geavanceerde
monstername).
Run program (Programma
uitvoeren)
Het basis-monsternameprogramma wordt voltooid. De gebruiker wordt
gevraagd om het programma te starten of te annuleren.
Nederlands 177