De sensor kalibreren, Informatie over sensorkalibratie, Hellingsgraad kalibratie en limieten voor offset – Hach-Lange POLYMETRON 9500 Ultrapure pH_ORP Module User Manual User Manual

Page 116

Advertising
background image

Optie

Beschrijving

TEMP COMPENSATION
(temperatuurcompensatie)

Alleen voor pH-sensoren—voegt een temperatuurafhankelijke correctie toe
aan de gemeten waarde:

• NERNST—lineaire compensatie (0,1984 mV/°C)
• ULTRA PURE WATER (ultrazuiver water)—compensatie volgens de

curve van ultrazuiver water

• MATRIX 1—compensatie volgesn de sulfaatcurve (4,48 mg/L sulfaat

komt overeen met een pH van 4,0 bij 25 °C)

• MATRIX 2—compensatie volgens de ammoniak-/hydrazinecurve

(0,272 mg/L ammoniak + 20 μg/L hydrazine komt overeen met een pH
van 9,0 bij 25 °C)

• MATRIX 3—compensatie volgens de

ammoniak-/morpholine-/hydrazinecurve (1,832 mg/L ammoniak +
10 mg/L morpholine + 50 μg/L hydrazine komt overeen met een pH van
9,0 bij 25 °C)

• MATRIX 4—compensatie volgens de fosfaatcurve (3 mg/L fosfaten +

0,3 mg/L ammoniak)

• USER DEFINED (door de gebruiker gedefinieerd) —stel de waarde van

de lineaire hellingsgraad in

Opmerking: De bovenstaande standaarden zijn geldig tot een maximale
temperatuur van 50 °C.

SET ISO POINT (isopunt
instellen)

Alleen voor door gebruikers De meeste sensoren hebben een isopotentiaal
punt van 7,00 pH (standaard), hoewel sensoren voor speciale toepassingen
een andere isopotentiaalwaarde kunnen hebben. Stel de hellingsgraad, pH
en isopotentiale waarden voor de door gebruiker gedefinieerde sensor in.

L E T O P

Het metingenbord is beperkt tot metingen van ± 1000 mV. Als de
combinatie van hellingsgraad, pH en isopotentiële waarden ervoor zorgt
dat de metingen buiten deze limiet vallen, zal de waarde voor de meting
op het scherm een reeks "+" of "-" -tekens weergeven om een meting
boven of onder de limiet aan te geven.

LOG SETUP

Dit stelt het tijdsinterval voor gegevensopslag in de gegevenslog in—5,
30 seconden, 1, 2, 5, 10, 15 (standaard), 30, 60 minuten.

RESET DEFAULTS
(standaardinstellingen
resetten)

Zet het configuratiemenu terug naar de standaardinstellingen. Alle
sensorinformatie gaat verloren.

De sensor kalibreren

Informatie over sensorkalibratie

De sensorkarakteristieken worden na verloop van tijd minder, waardoor ook de sensorwerking
minder nauwkeurig wordt. Regelmatige kalibratie van de sensor is nodig om de precieze werking
ervan zeker te stellen. Hoe vaak de kalibratie moet plaatsvinden hangt af van de toepassing en kan
het best op basis van ervaring worden bepaald.
Kalibratie past de waarde van de sensor aan om overeen te komen met de waarde van een of
meerdere referentieoplossingen. Voor pH-sensoren wordt een temperatuurelement gebruikt om pH-
aflezingen te verschaffen die automatisch aangepast worden naar 25 °C voor temperatuurwijzigingen
die de actieve en referentie-elektrode beïnvloeden. De klant kan deze aanpassing handmatig
instellen als de procestemperatuur constant is.

Hellingsgraad kalibratie en limieten voor offset

Een kalibratie zal mislukken als de hellingsgraad < -20% of > 10% van de originele waarde van de
hellingsgraad bedraagt, of als de nieuwe waarde voor offset ± 3 pH van de originele waarde voor
offset is.
Als de nieuwe waarden voor hellingsgraad en offset binnen deze limieten liggen, zal de kalibratie
slagen. Als de nieuwe waarde voor de hellingsgraad echter < -10% of > 5% van de originele waarde

116 Nederlands

Advertising