Handmatige kalibratie (alleen ph-sensoren), Temperatuurkalibratie – Hach-Lange POLYMETRON 9500 Ultrapure pH_ORP Module User Manual User Manual

Page 119

Advertising
background image

11. Selecteer in scherm NEW SENSOR (nieuwe sensor) of de sensor nieuw is:

Optie Beschrijving

JA

De sensor is niet eerder met deze controller gekalibreerd. De bedrijfsdagen en eerder gemaakte
kalibratiegrafieken voor de sensor worden gereset.

NEE

De sensor is eerder met deze controller gekalibreerd.

12. Herhaal het proces voor de sensor en druk op enter. Het uitgangssignaal keert terug naar de

actieve toestand en meetwaarde van het monster wordt weergegeven op het meetscherm.

Opmerking: Als de uitgangsmodus op hold of verzenden is ingesteld, selecteer dan de vertragingstijd wanneer
de uitgangssignalen weer actief worden.

Handmatige kalibratie (alleen pH-sensoren)

Deze optie maakt het mogelijk de waarden voor hellingsgraad en offset handmatig bij te werken. De
sensor hoeft niet uit het proces verwijderd te worden.

1. Druk op toets menu en selecteer SENSOR SETUP>[Select Sensor]>CALIBRATE

(sensorinstellingen / selecteer sensor / kalibreren).

2. Als de toegangscode is ingeschakeld in menu security (beveiliging) voor de controller, voer dan

de toegangscode in.

3. Selecteer MANUAL (handmatig) en druk op enter.
4. De gemeten hellingsgraad van de kalibratie wordt weergegeven in mV/pH. Gebruik de pijltoetsen

om de waarde aan te passen en druk op enter.

5. De offset van de kalibratie wordt weergegeven in mV. Gebruik de pijltoetsen om de waarde aan

te passen en druk op enter.

Opmerking: Om de mV-waarde te berekenen wordt de vereiste offsetwaarde van de pH vermenigvuldigd met
de waarde van de hellingsgraad.

6. Bekijk het kalibratieresultaat:

• PASSED (geslaagd)—de sensor is gekalibreerd en klaar om monsters te meten.
• FAILED (mislukt)—hellingsgraad kalibratie of offset ligt buiten geaccepteerde limieten.

Raadpleeg

Foutenopsporing

op pagina 121 voor meer informatie.

7. Druk op enter als de kalibratie is geslaagd om verder te gaan.
8. Wanneer optie Operator ID in menu CAL OPTIONS (kalibratieopties) op op Ja is ingesteld, dient

u een gebruikers-ID in te voeren. Raadpleeg

Kalibratieopties wijzigen

op pagina 120.

9. Selecteer in scherm NEW SENSOR (nieuwe sensor) of de sensor nieuw is:

Optie Beschrijving

JA

De sensor is niet eerder met deze controller gekalibreerd. De bedrijfsdagen en eerder gemaakte
kalibratiegrafieken voor de sensor worden gereset.

NEE

De sensor is eerder met deze controller gekalibreerd.

Temperatuurkalibratie

De temperatuursensor is af-fabriek ingesteld. Het is echter raadzaam om de temperatuursensor
steeds voor het kalibreren van de meetsensor te kalibreren.

1. Plaats de sensor in een vat met water waarvan de temperatuur bekend is. Meet de temperatuur

van het water met een nauwkeurige thermometer of onafhankelijk instrument.

2. Druk op toets menu en selecteer SENSOR SETUP>[Select Sensor]>CALIBRATE

(sensorinstellingen / selecteer sensor / kalibreren).

3. Als de toegangscode is ingeschakeld in menu security (beveiliging) voor de controller, voer dan

de toegangscode in.

4. Selecteer 1 PT TEMP KAL en druk op enter.
5. De bruto temperatuurwaarde wordt weergegeven. Druk op enter.

Nederlands 119

Advertising