Nederlands - 8 – Partner P818 2014 User Manual

Page 47

Advertising
background image

NEDERLANDS - 8

Zagen met geduwde ketting (van onder naar boven)

(fig.3)

: hierbij bestaat het gevaar van een plotselinge

beweging van de machine naar de gebruiker toe, met
het risico dat deze geraakt wordt, of stoten van de
risicozone tegen de stam met als gevolg terugslag; bij
deze zaagmethode is grote voorzichtigheid geboden.
De meest veilige methode om de machine te
gebruiken is met het hout op de zaagbok
geblokkeerd, van boven naar onder zagend en op
het gedeelte buiten de steun.

(fig.4)

Gebruik van de veltand

Gebruik wanneer mogelijk de veltand om veiliger te
werken: plant hem in de schors of het stamoppervlak,
zodat u gemakkelijker de controle over de machine
bewaart.
Hieronder worden de standaard procedures
beschreven die in bepaalde situaties moeten worden
toegepast. U dient echter van keer tot keer te
beoordelen of deze procedures al dan niet op uw
geval van toepassing zijn, om een methode te kiezen
die zo min mogelijk risico’s met zich meebrengt.

Stam aan de grond

(Risico dat de grond aan het eind

van de snede met de ketting wordt geraakt).

(fig.5)

Zaag van boven naar onder door de hele stam. Werk
voorzichtig aan het eind van de snede om te
voorkomen dat de ketting de grond raakt. Stop indien
mogelijk op 2/3 van de dikte van de stam, draai hem
om en zaag het resterende gedeelte van boven naar
onder, om het risico van contact met de grond te
voorkomen.

Stam aan één kant ondersteund

(Risico dat de stam

breekt tijdens het zagen)

(fig.6)

Begin de snede van onder tot op circa 1/3 van de
diameter, en zaag vervolgens van bovenaf tot u bij de
ondersnede uitkomt.

Stam aan beide uiteinden ondersteund

(Risico dat

de ketting geklemd raakt.)

(fig.7)

Begin de snede van bovenaf tot op circa 1/3 van de
diameter, en zaag vervolgens van onderaf tot u bij de
bovensnede uitkomt.

Een boomstam die tegen een helling aan ligt

Ga altijd aan de hogere kant van de boomstam staan.
Wanneer u de boomstam doorzaagt, bewaart u
controle over de kettingzaag door de snijdruk tegen
het einde van de zaagbeweging wat af te laten,
zonder dat u uw greep op de handvatten van de
kettingzaag ontspant. Zorg ervoor dat de ketting niet
in contact komt met de grond.

Bomen vellen

PAS OP!:

Probeer geen bomen te vellen wanneer u

hier niet de nodige ervaring mee heeft, en vel in geen
geval een boom die een grotere diameter heeft dan
de lengte van het zwaard! Deze operatie mag alleen
door deskundigen en met geschikte uitrustingen
worden uitgevoerd.
Bij het vellen van een boom is het de bedoeling hem
in de meest geschikte positie te laten vallen voor het
latere onttakken en in stukken zagen. (Voorkom dat
een vallende boom in een andere boom verstrikt
raakt: een verstrikte boom laten vallen is een zeer
gevaarlijke operatie).
U moet de juiste valrichting bepalen door het
volgende te beoordelen: wat zich rond de boom
bevindt, de helling en kromming van de boom, de
windrichting en de dichtheid van de takken.
Houd ook rekening met de aanwezigheid van dode of
gebroken takken die af kunnen breken tijdens het
vellen en een gevaar kunnen vormen.

PAS OP!

Tijdens het vellen van een boom in kritieke

omstandigheden, na het zagen altijd direct de
gehoorbescherming afnemen om ongewone
geluiden en eventuele waarschuwingssignalen te
kunnen horen.

Voorbereidende werkzaamheden en bepalen van de

vluchtroute

Verwijder eventuele takken die het werk hinderen

(fig.8)

, van boven naar onder werkend, en houd de

stam tussen u en de machine terwijl u vervolgens de
moeilijkere takken één voor één verwijdert. Verwijder
de begroeiing rond de boom en let op eventuele
aanwezige obstakels (stenen, wortels, greppels etc.)
bij het plannen van uw vluchtroute (te benutten
tijdens het vallen van de boom); zie de afbeelding

(fig.9)

voor de te kiezen richting (A voorziene

valrichting van de boom. B. Vluchtroute C. Risicozone)

VELTECHNIEK (fig.10)

Om de controle over de vallende boom te verzekeren
moeten de volgende sneden worden uitgevoerd:
De valkerf, die het eerst moet worden gemaakt en
dient om de valrichting van de boom te bepalen:
maak eerst de BOVENSNEDE van de valkerf aan de
kant waarnaar de boom moet vallen. Blijf rechts van
de boom en zaag met getrokken ketting; maak
vervolgens de ONDERSNEDE van de valkerf, die op
hetzelfde punt moet eindigen als de bovensnede. De
diepte van de valkerf moet 1/4 van de stamdiameter
bedragen, met een hoek tussen de boven- en
ondersnede van tenminste 45°. Het ontmoetingspunt
tussen de twee sneden wordt “valkerflijn” genoemd.
Deze lijn moet perfect horizontaal zijn en een rechte
hoek (90°) vormen met de valrichting.
De velsnede, die het doel heeft de boom te doen
vallen, moet op 3-5 cm boven het ondervlak van de
valkerf worden gemaakt, en moet eindigen op een
afstand van de valkerf die overeenkomt met 1/10 van
de stamdiameter. Blijf links van de boom en zaag met
getrokken ketting, met gebruik van de veltand.
Controleer of de boom zich niet in een andere
richting beweegt dan de beoogde valrichting. Steek
zodra dit mogelijk is een wig in de zaagsnede. Het
ongezaagde stuk van de stam wordt scharnierpunt
genoemd, en dient om de valrichting van de boom te
sturen. Als het scharnierpunt te klein is, niet recht is
of geheel is doorgezaagd, is het niet meer mogelijk
de vallende boom te sturen (zeer gevaarlijk!).
Daarom moeten de diverse sneden met grote
precisie worden uitgevoerd.
Wanneer de zaagsneden zijn voltooid, begint de
boom te vallen en kan eventueel worden geholpen
met een wig of velhevel.

Onttakken

Wanneer de boom is geveld moet de stam van zijn
takken worden ontdaan. Onderschat dit werk niet,
want de meeste ongelukken als gevolg van terugslag
vinden juist in deze fase plaats. Let dus goed op de
positie van de neus van het zwaard tijdens het zagen
en werk aan de linkerkant van de stam.

Advertising
This manual is related to the following products: