Festool RAS 115.04 E User Manual
Page 32
 
32
ligheidsscherm of veiligheidsbril. Draag, indien 
daar reden voor is, een stofmasker, oorbescher-
mers, veiligheidshandschoenen en een werk-
schort, dat geschikt is als bescherming tegen 
botsingen bij kleine schuur- of werkstukdelen. 
De veiligheidsbril moet vliegende brokstukken, als 
gevolg van uiteenlopende werkzaamheden, kun-
nen tegenhouden. Het stofmasker of het adem-
halingsapparaat moet in staat zijn de deeltjes 
die door uw werkzaamheden ontstaan te fi lteren. 
Duurzame, sterke geluidsbelasting kan leiden tot 
slechthorendheid.
• Houd personen die zich in de buurt bevinden op
een veilige afstand van het werkgebied. Iedereen 
die zich in het werkgebied bevindt, moet een 
persoonlijke veiligheidsuitrusting dragen. Delen 
van het werkstuk of van stukgesprongen acces-
soires kunnen wegvliegen en buiten de directe 
werkplaats letsel veroorzaken.
• Houd het apparaat alleen aan de geïsoleerde
greepvlakken vast wanneer u werkzaamheden 
uitvoert waarbij het snijgereedschap verborgen 
stroomleidingen of de kabel van het apparaat zelf 
kan raken. Contact met een spanningvoerende lei-
ding zet de metalen onderdelen van het apparaat 
onder spanning en veroorzaakt een elektrische 
schok.
• Houd de stroomkabel ver van draaiende delen.
Wanneer u de controle verliest, kan de stroom-
kabel worden gespleten of blijven hangen en kan 
uw hand of uw arm in de draaiende delen worden 
getrokken.
• Zet de machine nooit weg zolang het gereedschap
niet volledig stilstaat. Draaiend gereedschap kan 
in de steunvlakken vast komen te zitten en de 
machine uit controle brengen.
• Laat de machine niet lopen terwijl u hem op-
zij draagt. Bij een toevallige aanraking kan het 
draaiende inzetgereedschap in uw kleding blijven 
haken, waardoor u ernstige snijwonden kunt op-
lopen.
• Reinig regelmatig de ventilatiesleuven van uw
machine. De koelluchtventilator zuigt het stof in 
het machinehuis, en een overmatige afzetting van 
metaalstof kan risico's op elektriciteitsgebied met 
zich meebrengen.
• Gebruik de machine niet in de buurt van brand-
bare stoffen. Door vonken kunnen deze stoffen 
ontbranden.
• Gebruik geen gereedschap dat vloeibaar gekoeld
dient te worden. Water of andere vloeibare koel-
middelen kunnen (dodelijke) elektrische schokken 
veroorzaken.
De oorzaken en het voorkomen van terugslagen
Een terugslag is een plotselinge reactie op een 
draaiende schijf, een rubberen schuurplateau, een 
borstel of andere accessoires die blijven vasthaken 
of ingeklemd raken. Wanneer ze ingeklemd raken of 
vast blijven haken, komen de draaiende accessoires 
in een plotselinge beweging tot stilstand, waardoor 
als tegenreactie de machine uit controle raakt en 
tegen de draairichting van het accessoiredeel in om 
het klempunt heen schiet.
Indien bijvoorbeeld een steunschijf blijft steken of 
vastgeklemd raakt in het werkstuk, kan de schijf 
zich in zijn volle omtrek bij het klempunt in het 
werkstukoppervlak ingraven, waardoor deze naar 
buiten gewerkt of geslagen wordt. De schijf kan, 
afhankelijk van de draairichting bij het klempunt, 
naar de gebruiker toe of van hem weg springen. 
Schuurschijven kunnen daarbij ook breken.
Een terugslag is het resultaat van een verkeerd ge-
bruik van de machine en/of een verkeerde werkwijze 
of bediening, en kan worden voorkomen door de 
volgende voorzorgsmaatregelen na te leven. 
• Houd de machine steeds vast en plaats uw lichaam 
en arm zo, dat u de krachten van een terugslag 
kunt controleren. Gebruik, indien meegeleverd, 
altijd de extra handgreep zodat u terugslagen of 
reactiemomenten bij de aanloop zo goed mogelijk 
onder controle kunt houden. Wanneer de juiste 
voorzorgsmaatregelen worden genomen, kan de 
gebruiker reactiemomenten of terugslagkrachten 
controleren. 
• Kom met uw hand nooit in de nabijheid van draai-
end inzetgereedschap. Inzetgereedschap kan via 
uw hand terugslaan.
• Kom met uw lichaam nooit in het gebied waarin
de machine zich bij een terugslag zal bewegen. 
Een terugslag zorgt ervoor dat de machine tegen 
de draairichting van de schijf in om het klempunt 
heen schiet.
• Wees bijzonder voorzichtig bij het werken in
hoeken, bij scherpe randen, etc. Voorkom dat het 
inzetgereedschap terugspringt of vast blijft zitten. 
Bij het werken in hoeken en aan scherpe randen 
of wanneer draaiend gereedschap terugspringt, 
kan het vast komen te zitten, waardoor de con-
trole over het gereedschap verloren wordt en een 
terugslag ontstaat.
• Monteer geen kettingzaag of getande zaagbladen
voor het zagen van hout. Zulke bladen veroorza-
ken vaak een terugslag en verlies van controle 
over het gereedschap.