2 controleer de draairichting (driefasenmotor), 3 de pomp starten, 6 onderhoud – Xylem e-HM User Manual

Page 40: 1 onderhoud, 7 storingen verhelpen

Advertising
background image

Voor een illustratie van de pomponderdelen, zie

Afbeelding 6

.

1. Vulplug

2. Afvoerplug

3. Trechter

Installaties met vloeistofniveau boven de pomp
(aanzuigkop)

1. Sluit de aan-uitklep die zich stroomafwaarts

ten opzichte van de pomp bevindt.

2. Verwijder de vulplug en open de aan-uitklep

stroomopwaarts totdat het water uit de ope-

ning stroomt.

3. Sluit de vulplug.

Installaties met vloeistofniveau onder de pomp
(aanzuighoogte)

1. Open de aan-uitklep stroomopwaarts ten op-

zichte van de pomp en sluit de aan-uitklep

stroomafwaarts.

2. Verwijder de vulplug en gebruik een trechter

om de pomp te vullen totdat er water uit de

opening stroomt.

3. Plaats de vulplug terug.

5.2 Controleer de draairichting
(driefasenmotor)

Volg deze procedure vóór het opstarten.

1. Zoek de pijlen op de pomp of het deksel van

de motorventilator om de juiste draairichting

te bepalen.

2. Start de motor.
3. Controleer de draairichting door het deksel

van de motorventilator.

4. Stop de motor.
5. Doe het volgende als de draairichting onjuist

is:

a) Ontkoppel de stroomtoevoer.

b) Verwissel in het contactbord van de motor of

het elektrische besturingspaneel de posities

van twee van de drie draden van de aanvoer-

kabel.

c) Controleer nogmaals de draairichting.

5.3 De pomp starten

1. Start de motor.
2. Open geleidelijk de aan-uitklep aan de afvoer-

zijde van de pomp.
Onder de verwachte werkomstandigheden

moet de pomp soepel en stil functioneren. Zo

niet, raadpleeg dan

Storingen verhelpen

.

3. Als de pomp niet binnen 30 seconden goed

opstart, doet u het volgende:

a) Zet de pomp uit.

b) Vul de pomp opnieuw.

c) Start de pomp opnieuw.

4. Zet de pomp uit en weer aan (na ongeveer 30

seconden continu draaien) en zorg ervoor dat

alle aanwezige lucht wordt verwijderd door dit

2–3 keer te herhalen.

Opmerking:

Zorg ervoor dat alle lucht in de pomp weg is. Als u

dit niet doet, kan het product beschadigd raken.

6 Onderhoud

Voorzorgsmaatregelen

ELEKTRISCH GEVAAR:
Ontkoppel de stroomtoevoer voordat

het apparaat wordt geïnstalleerd of in

onderhoud gaat.

WAARSCHUWING:

• Alleen bevoegd en gekwalificeerd

personeel mag onderhoud plegen.

• Neem de geldende regels ter voor-

koming van ongelukken in acht.

• Gebruik geschikte apparatuur en

beschermingsmiddelen.

6.1 Onderhoud

Er is geen gepland onderhoud voor de pomp no-

dig. Als de gebruiker van de pomp regelmatige

onderhoudstermijnen wil inplannen, zijn deze af-

hankelijk van het soort gepompte vloeistof en de

bedrijfsomstandigheden van de pomp.
Neem contact op met de plaatselijke verkoop- en

servicevertegenwoordiger voor eventuale vragen

met betrekking tot routineonderhoud of service.
Er kan bijzonder onderhoud nodig zijn om de

vloeistof te reinigen en/of verslten onderdelen te

vervangen.

7 Storingen verhelpen

Inleiding
Vermeld altijd de exacte product- en identificatie-

code wanneer u de afdeling Verkoop en Service

om technische informatie of reserveonderdelen

vraagt.
Neem contact op met onze afdeling Verkopen en

Service voor situaties die niet in deze tabel zijn be-

schreven.

Tabel voor probleemoplossing

Probleem

Oorzaak en oplossing

De pomp

start niet.

• De thermo-amperometrische be-

scherming die is ingebouwd in de

enkelfasige versie is geactiveerd.

De bescherming wordt automa-

tisch gereset wanneer de motor

voldoende is afgekoeld.

• Controleer de stroomtoevoer en

kijk of de aansluiting op het elek-

triciteitsnet intact is.

• Als het beschermingsmechanis-

me voor aardingsfouten of de be-

veiligingsschakelaar is geacti-

veerd, reset u het onderdeel. Ver-

vang doorgeslagen zekeringen.

• Het beschermingsmechanisme

voor drooglopen is geactiveerd.

Controleer het waterpeil in de

tank, evenals het beschermings-

nl - Vertaling vanuit het origineel

40

Advertising