SeaLand VT 2500 - Manual (Page 41)

ELEKTISCHE INSTALLATION
Die Stromversorgung muss folgende
Leistungsdaten aufweisen:
Fahrzeugbatterie:
Spannung > 11,5 V
Spitzenstrom (kurzfristig) 7,5 Amp. Träge
Sicherung in der Zuleitung verwenden!
Diese Werte werden von üblichen
Fahrzeugbatterien erreicht.
Netzgerät:
Bei der Verwendung eines geregelten
Festspannungs-Netzgerätes (z. B. beim Einsatz in
Wochenendhäusern) sollte ebenfalls auf die
Einhaltung dieser Werte geachtet werden. Übliche
Nennspannung der Netzgeräte 13,8 V bei 6 A.
Die Steuerelektronik ist mit einer Überlastsiche-
rung (Poly-Switch) ausgerüstet. Diese Sicherung
schützt den Motor vor unzulässig hohen Strömen
(z. B. auch bei älteren oder schlecht gewarteten
Batterien, die weniger als die erforderlichen min.
11,5 V Spannung liefern). Für den Fall, dass diese
Sicherung anspricht (gelbe LED leuchtet an der
Kontroll-Anzeige), ist die Stromversorgung zu
überprüfen und die Einhaltung der genannten
Werte ist sicherzustellen.
Nach einem RESET (kurzfristige Unterbrechung
des Stromkreises z. B. durch Herausnehmen der
Kassette) und einer kurzen Abkühlzeit (ca. 1 min)
ist das System wieder betriebsbereit.
ELECTRICAL INSTALLATION
The power supply must comply with the follo-
wing performance data:
Vechicle battery:
Voltage > 11,5 V
Peak current (short-term) 7,5 Amp. Use slow-
acting fuse in the feed line!
These values are reached in the standard vehicle
batteries.
Power pack:
When using a controlled fixed-voltage power pack
(e.g. for application in weekend homes) one
should similarly make sure that these values are
adhered to. Normal rated voltage for power packs
with 13.8 V at 6 A.
The control electronics are equipped with an over-
load protection (Poly Switch). This fuse protects
the motor against excessively high currents (e.g.
also for older or badly serviced batteries, that sup-
ply less than the required minimum voltage of 11.5
Volt ). Should this fuse be activated (yellow LED
illuminates on the control display), it is necessary
to check the power supply and ensure that the
given values are adhered to.
After a RESET (short-term interruption of the elec-
tric circuit, e.g. by removing the cassette) and a
short cooling-down period (approx. 1 min) the
system is ready for.
INSTALLATION ÉLECTRIQUE
L'alimentation en courant doit présenter les
caractéristiques suivantes:
Batterie du véhicule:
Tension > 11,5 V
Courant de crête (court terme) 7,5 Amp. Utiliser
un fusible à action retardée pour la conduite d'a-
menée! Ces valeurs ne sont pas atteintes par les
batteries de véhicule courantes.
Bloc d'alimentation:
Lorsqu'un bloc d'alimentation à tension fixe régu-
lée est utilisé (par exemple dans des résidences
secondaires), il est important de veiller au respect
de ces valeurs. Tension nominale courante des
blocs d'alimentation 13,8 V avec 6 A.
L'électronique de commande est équipée d'un
fusible de surcharge (poly-switch). Ce fusible pro-
tège le moteur de courants élevés non autorisés
(par exemple dans le cas de vieilles batteries ou
de batteries mal entretenues qui fournissent une
tension inférieure à la tension minimum exigée de
11,5 V). Pour le cas où ce fusible se déclencherait
(la LED jaune s'allume sur l'indicateur de contrô-
le), l'alimentation électrique doit être contrôlée et
le respect des valeurs indiquées doit être garanti.
Suite à un RESET (brève interruption du circuit
électrique suite au retrait du caisson par exemple)
et suite à un bref délai de refroidissement (env. 1
min.), le système est de nouveau prêt à fonction-
ner.
ELEKTRISCHE INSTALLATIE
Voor de stroomvoorziening gelden de volgen-
de prestatievereisten:
Voertuig-accu:
Spanning > 11,5 V
Piekstroom (gedurende korte tijd) 7,5 A In de voe-
dingsleiding moet een trage zekering worden
gebruikt! Deze waarden worden door gangbare
voertuig-accu's bereikt.
Voedingsapparaat:
Bij het gebruik van een geregeld verdeelnet-voe-
dingsapparaat (b.v. in weekendhuisjes) moet er
ook op gelet woorden, dat deze waarden worden
bereikt. Gangbare nominale spanning van de voe-
dingsapparaten is 13,8 V bij 6 A.
De besturingselektronica is met een zekering
tegen overbelasting uitgerust (Poly-Switch). Deze
zekering beschermt de motor tegen te hoge
stroom. (b.v. ook voor oudere of slecht onderhou-
den accu's, die minder dan de vereiste min. 11,5V
spanning leveren) voor het geval, dat deze zeke-
ring reageert (geel LED licht op de controle indi-
cator op) moet de stroomvoorziening gecontro-
leerd worden en er moet aan de genoemde waar-
den worden voldaan.
Na een RESET (korte onderbreking van de
stroomkring b.v. door het verwijderen van de cas-
sette) en een korte afkoeltijd (ca. 1 min.) is het
systeem weer gereed voor gebruik.
DE EN
FR NL
6.7.2
38
6.7.2