Voedsel bewaren in uw koelkast – Fisher & Paykel E442B User Manual

Page 246

Advertising
background image

244

Voedsel bewaren in uw koelkast

Rood vlees

Leg vers rood vlees op een bord en dek het los af met waspapier of
plastic folie.

Leg gekookt en rauw vlees op verschillende borden. Zo voorkomt u dat
sappen van het rauwe vlees bij het gekookte product terechtkomen.

Delicatessenvlees moet binnen de aanbevolen houdbaarheidsperiodes
worden verbruikt.

Gevogelte

Vers heel gevogelte moet inwendig en uitwendig worden afgespoeld
met koud stromend water. Droog af en leg op een bord. Dek losjes af met
Plastic Wrap of folie.

Stukken gevogelte moeten ook op die manier worden bewaard. Heel
gevogelte mag pas juist voordat het wordt gekookt worden opgevuld,
anders bestaat er gevaar voor voedselvergiftiging.

Laat gekookt gevogelte snel afkoelen en stop het in de koelkast. Verwijder
de vulling uit gevogelte en bewaar het afzonderlijk.

Vis en schaal- en schelpdieren

Hele vis en filets moeten op de dag van aankoop worden verbruikt. Leg ze
zolang als nodig is in de koelkast, losjes afgedekt met Plastic Wrap, vetvrij
papier of folie.

Vis die u een dag of langer zult bewaren, moet zeer vers zijn bij de
aankoop. Hele vis moet met koud water worden afgespoeld om de
loszittende schubben en vuil te verwijderen en daarna moet hij worden
drooggedept met papieren handdoekjes. Leg hele vis of filets in een
gesloten plastic zak.

Schaal- en schelpdieren moeten altijd gekoeld worden bewaard. Verbruik
binnen 1-2 dagen.

Voorgekookt voedsel en restjes

Deze moeten in geschikte afgedekte recipiënten worden bewaard zodat
het voedsel niet uitdroogt.

Bewaar slechts 1-2 dagen.

Verwarm restjes slechts eenmaal en wel totdat ze kokend heet zijn.

Fruit- en groenteladen

Hoewel de meeste fruit- en groentesoorten het best bewaren op lage
temperaturen, mogen de volgende voedingsmiddelen niet langdurig bij
minder dan 7°C worden bewaard: citrusvruchten, tropisch fruit, tomaten,
komkommers.

Bij lage temperatuur treden ongewenste veranderingen op zoals zacht
worden van het vruchtvlees, bruin worden, versneld achteruitgaan en/of
smaakverlies.

Avocado’s (voordat ze rijp zijn), bananen, mango’s of pepino’s mogen
niet worden ingevroren.

Bewaar fruit en groenten indien mogelijk afzonderlijk, d.w.z. fruit in één
lade en groenten in een andere.

Elke fruit- en groentelade heeft een vochtigheidsregeling die kan
worden afgestemd op de inhoud van de lade. Meer informatie over het
gebruik van de vochtigheidsregeling vindt u op pagina 232.

Advertising