Tunturi T80 User Manual

Page 56

Advertising
background image

56

H

A

N

D

L

E

ID

IN

G

T

8

0

T

8

5

4.

Druk de START-toets in: de training begint en

de loopmat zet zich in beweging. U kunt het

snelheidsniveau van het profiel telkens met 1 % naar

boven of naar beneden op schaal aanpassen.

5.

Door tijdens de training de STOP-toets 1 x in te

drukken, staat de mat stil en gaat in een vijf minuten

durende pauzetijd over. Gedurende deze tijd kunt

u de onderbroken training voortzetten door de

START-toets te drukken. U kunt de training in het

geheugen opslaan (zie bij Geheugenfunctie). Door

twee keer op de STOP-knop te drukken, beëindigt

u het trainingsprogramma; het display toont de

gegevens over de geleverde prestatie en gaat terug

in de startmodus.

6.

Aan het eind van het programma begint de

automatische afkoelfase, waarna de loopmat stopt.

U kunt de training in het geheugen opslaan (zie bij

Geheugenfunctie).

pROFIELEN

(aan het eind van de gebruiksaanwijzing vind u

gedetailleerde uitleg over de programma’s)

pROFIEL 1

(Hill Walk). Profiel met regelmatige

wijzigingen van de helling en een gelijkmatig, flink

wandeltempo. Het profiel is geschikt voor beginners

en actieve wandelaars. Met standaardinstellingen is

de gemiddelde snelheid 5,2 km/h en de topsnelheid

5,8 km/h, de gemiddelde helling is 2,7 %.

pROFIEL 2

(Hill Jog). Profiel met afwisselende helling

en tamelijk gelijkmatig, licht jogtempo. Het profiel

is geschikt voor beginners en om de conditie op

peil te houden. Met standaardinstellingen is de

gemiddelde snelheid 6,9 km/h en de topsnelheid

7,2 km/h, de gemiddelde helling is 1,9 %.

pROFIEL 3

(Hill Run). Profiel met gelijkmatige

en lichte helling en een gelijkmatig afwisselend

flink hardlooptempo. Het profiel is geschikt voor

hardlopers. Met standaardinstellingen is de

gemiddelde snelheid 11,6 km/h en de topsnelheid

12,5 km/h, de gemiddelde helling is 1,8 %.

pROFIEL 4

(Rolling Hills). Afstandsprofiel: u kunt de

lengte van het profiel in kilometers instellen. Het

profiel is vooral bedoeld voor training in deze tak

van sport, maar zorgt ook voor afwisseling bij de

conditietraining. De maximale afstand is 42 km. Met

standaardinstellingen is de afstand 3 km, instelbaar

in stappen van 1 km. De hellingsinstellingen zijn van

het intervaltype, de gemiddelde helling is 2,4 %.

pROFIEL 5

(Fatburner 1). Hartslagprofiel met lage

intensiteit, gebaseerd op gelijkmatig toe- en

afnemen van de hartslag. Het profiel is geschikt voor

gewichtsbeheersing. Met standaardinstellingen is

de gemiddelde hartslag 114, maximaal 125.

pROFIEL 6

(Fatburner 2). Hartslagprofiel met

middelzware intensiteit, gebaseerd op toe- en

afnemen van de hartslag in intervallen. Het

profiel is geschikt voor conditietraining en

gewichtsbeheersing. Met standaardinstellingen is

de gemiddelde hartslag 122, maximaal 136.

pROFIEL 7

(Cardio). Hartslagprofiel met middelzware

intensiteit, gebaseerd op gelijkmatig toe- en

afnemen van de hartslag, de hartslag blijft bijna de

hele tijd rond de 130-140. Het profiel is uitstekend

voor conditietraining. Met standaardinstellingen is

de gemiddelde hartslag 129, maximaal 145

.

pROFIEL 8

(Fit). Hartslagprofiel met zware intensiteit,

gebaseerd op gelijkmatig toe- en afnemen van

de hartslag. De hartslag blijft bijna de hele tijd

rond de 135-145. Het profiel is geschikt voor

conditietraining en -verbetering, voor mensen met

een goede conditie. Met standaardinstellingen is de

gemiddelde hartslag 133, maximaal 150.

GEHEUGENFUNCTIE

Voor de geheugenfunctie is de gebruikerscode

vereist: de training wordt opgeslagen onder de

gekozen gebruikerscode. U kunt in de meter 5

trainingen per gebruikerscode opslaan.

UW EIGEN pROFIEL OpSLAAN:

1.

Geprogrammeerde profielen kunnen direct

na afloop van het profiel worden opgeslagen. U

kunt de profielen, manuele en HRC-trainingen

beëindigen door een keer op STOP te drukken;

daarna kunt u de training opslaan. Als u op de knop

MEM drukt, komt u in het geheugenmenu.

2.

In het tekstveld van de meter wordt gevraagd

op welke geheugenlocatie u de training wilt

opslaan (SAVE AS OWN 1-5). Selecteer de gewenste

geheugenlocatie met de pijltoetsen en bevestig

uw keuze met ENTER: de training wordt nu op die

geheugenlocatie opgeslagen.

3.

Als alle geheugenlocaties al vol zijn, kunt u

een eerder gemaakt profiel vervangen door het

nieuwe. In het tekstveld van de meter wordt dan

om bevestiging gevraagd (REPLACE OWN 1-5).

Bevestig met ENTER. De training wordt nu op die

geheugenlocatie opgeslagen.

4.

In het tekstveld van de meter wordt dit bevestigd

(SAVED AS OWN 1-5). De meter gaat automatisch in

de startmodus.

LET Op!

In een profiel worden hoogstens 30

wijzigingen van snelheid of hellingen opgeslagen!

Het te bewaren profiel moet minstens 10 minuten

duren.

Uw eigen profiel gebruiken:

1.

Kies uw gebruikerscode.

2.

Druk op de MEM-knop.

3.

Druk op de SELECT-knop tot het lampje van het

door u gewenste eigen profiel (O1-5 MEMORY) aan

gaat. Druk op ENTER om uw selectie te bevestigen.

Kies nu oftewel RERUN (profiel gebruiken zonder

wijzigingen) of RACE (profiel gebruiken als basis

voor wedstrijdfunctie) met de SELECT-knop.

4.

Met de ENTER-toets bevestigt u de instelling.

5.

Start het profiel met de START-knop.

6.

In de functie RERUN kunt u uw eigen profiel

Advertising